tige voorstelling van de laatste oogenblikken en den dood van socrates besluit, was niet geheel bij het beschaafd publiek onbekend. Met den Theaetetus, die over de wetenschap, de kennis en de opleiding tot de wijsbegeerte het gesprek laat voeren, was zulks voorzeker het geval niet. Dr. burger heeft dus door eene uitvoerige inleiding, door eene reeks van ophelderende en beoordeelende aanteekeningen al het zijne toegebragt, om deze meer moeijelijke Platonische dialoog voor hen verstaanbaar te maken, die in de schriften van plato en de geschiedenis der Grieksche wijsbegeerte niet genoegzaam zijn ingewijd. Zoo men door eene oplettende lezing van deze belangrijke zamenspraak, welke men als eene inleiding tot de meer wetenschappelijke Platonische gesprekken kan aanmerken, lust in eene degelijke en het verstand en de kennis opscherpende lectuur verkrijgt, zal men in staat gesteld worden en verlangen, om met nog ingewikkelder geschriften van den Atheenschen wijsgeer bekend te worden.
Wij wenschen voor de ontwikkeling van den lust tot de wijsgeerige studie onder onze landgenooten, dat Dr. burger aangemoedigd moge worden, om van tijd tot tijd met de vertaling van nog meerdere Platonische Zamenspraken te kunnen voortgaan, zoo als de Protagoras, de Gorgias, de Phedrus, het Gastmaal en andere, zoodat hij eindelijk zijne verdienstelijke pogingen eenmaal met de overbrenging van den Timeus, de Republiek en de Wetten zal kunnen bekroonen.
De studie der geschriften van plato heeft in onze eeuw zeer groote vorderingen gemaakt. De algemeene inleiding van de vertaling van schleiermacher en de bijzondere inleidingen tot de verschillende Zamenspraken zijn hoogst belangrijk voor het regt verstand der werken van dien Wijsgeer, even zoo de Argumens, die voor sommige dialogen van de vertaling van cousin voorkomen. Verder zijn vooral in Duitschland vele afzonderlijke werken, dienstig voor de studie der Platonische wijsbegeerte, uitgekomen, zoo als: j.r. Lichtenstädt, Platons Lehren auf dem Gebiete der Naturforschung und der Heilkunde, Leipzig 1826. Die Platonische Aesthetik dargestellt von arnold ruge, Halle 1832. A. kopp, Platons Erziehungslehre als Pädagogik für die Einzelnen und als Staatspädagogik, Minden und Leipzig 1833. C. ackermann, Das Christliche im Plato und in der Plato-