het geheugen. Veel betreffende dien merkwaardigen persoon, uit het belangrijkste tijdvak onzer Vaderlandsche Geschiedenis, is daardoor aan het licht gekomen. Echter blijven er twee omstandigheden uit het leven van van brederode over, welke nog niet zoo duidelijk opgehelderd zijn, dat zij nog niet eens eene opzettelijke behandeling zouden verdienen. De eerste is, volgens den Schrijver van het boven aangekondigde werkje, hoe hij aan het hoofd der verbondene Edelen als voorstander van 's lands regten optrad; de andere betreft zijn verblijf te Amsterdam vóór zijn vertrek naar buitenslands, in den jare 1567. Veel, wat het eerste punt aangaat, is opgehelderd in het werk van te water en de belangrijke en uitvoerige recensie der geschriften van de Heeren van hall en groen van prinsterer, voorkomende in den Gids van 1845; en het laatste maakt het doel des onderzoeks van den Heer scheltema uit. Minder is het tot dusver gebleken, wat er met hem te Amsterdam is voorgevallen, en hoe zijne komst aldaar moet beschouwd worden. De verdediger van brederode heeft zijne onderneming, om zich in de stad Amsterdam te werpen, genoemd een' stap, zoo wèl overlegd, als onverschrokken ten uitvoer gebragt; terwijl anderen, zoo als bilderdijk, die daad hebben beoordeeld als een onberaden bedrijf, uit vertwijfeling ontsproten. De Heer scheltema schrijft dit verschil van gevoelen te dezen opzigte gedeeltelijk daaraan toe, dat de inzage der stadsregisters vroeger aan niemand, uitgezonderd het Bestuur der Stad zelve, veroorloofd was, waardoor veel, hetwelk tot opheldering van brederode's gedrag alhier zou kunnen strekken, tot nu toe bedekt is gebleven.
Den vrijen toegang tot de Archieven der stad Amsterdam bezittende, heeft de Heer scheltema zich van deze gelegenheid bediend tot het nasporen en bijeenbrengen van alwat, betreffende de komst en het verblijf van brederode aldaar in het jaar 1567, in de stads papieren vermeld is; hetgeen, vergeleken met de berigten van andere handschriften en geschiedkundige werken, hem in staat gesteld heeft, een naauwkeurig verhaal op te stellen, waarin, zoo hij hoopt, de handelwijze van den Graaf in een nieuw en helderder licht zal worden geplaatst.
Het werkje van den Heer scheltema is eene belangrijke bijdrage tot de Vaderlandsche Geschiedenis niet alleen, maar behoort deszelfs plaats naast de geschriften van Mr. van hall