aardigheid, in den eenvoud, de duidelijkheid, de verstaanbaarheid der leeringen, in het gepast gebruik maken van gelegenheden, in de juiste verhouding, waarin het onderwijs tot de hoorders stond, in de trapsgewijze ontwikkeling zijner leerstukken. Vervolgens wijst hij op 's Heeren karakter, op zijne liefde, zachtmoedigheid, geduld, ernst, werkzaamheid, wijsheid, grondigheid, hooge belangstelling, voorbeeld en godsdienstigheid, in welke alle hij den Heer zijnen medeönderwijzers tot voorbeeld voorstelt. Opzettelijk wekt hij hen ten slotte op tot betamelijken trots op hunnen stand, tot nederigheid, tot navolging van het gegeven voorbeeld, tot toewijding der scholen aan den Heer.
Men zou op de schikking van deze onderdeelen hier en daar nog al wat kunnen aanmerken, en vragen, of wijsheid en voorbeeld tot het karakter kunnen gebragt worden; maar wij lazen het geheel toch met genoegen. Het getuigt van des Schrijvers hooge waardering zoo wel van zijnen post, als van het Evangelie, en doet ons van zijn onderwijs goede vruchten verwachten. Van harte wenschen wij hem toe, dat hij in den hier geschetsten geest werkzaam moge zijn, en dat ook dit boekje nut moge stichten!