Beschrijving van de alligator-jagt.
De Alligator van Zuid-Amerika is een schepsel van 9 tot 10 ellen lang, dat voornamelijk van visch leeft, en dikwijls, troepswijs, den mond der stroomen en de bogten als insluit, wanneer twee of drie van hen met den vloed dezelve opzwemmen, en de gansche menigte van visschen aan hen, die er daar buiten op wachten, in den muil jagen. Intusschen mangelt het hun meermalen aan visch, en alsdan begeven zij zich ook wel buiten hun element in de Savannas, en trachten honden, kalveren en veulens te verslinden. De prooi van zulken aard, welke zij bij nacht verrassen, verworgen zij, en slepen die naar het strand, om dezelve dáár te nuttigen. Het rundvee en de honden schijnen dit gevaar te kennen. Wanneer deze begeerig zijn hunnen dorst te lesschen, bulken of huilen zij op ééne plaats, ten einde de oplettendheid des wreeden vijands derwaarts te trekken, en ijlen vervolgens naar eene andere, om te drinken. - Heeft de Alligator eenmaal vleesch geproefd, zoo schijnt hem de visch niet meer te smaken. Immers houdt hij zich alsdan meestal aan den oever op, zich het gevaar getroostende, van in de Savannas, wanneer dezelve door regens onder water gezet worden en vervolgens weêr opdroogen, in het slib te verzinken, en door de boeren met bijlslagen op den kop, die alleen nog uit hetzelve zich opheft, afgemaakt te worden, na tot duslange het leven niet met visch of warmbloedig gedierte, maar met vliegen, kommerlijk gerekt te hebben. - De Alligator grijpt ook menschen, die zich baden, en aan den oever is kinderroof geene zeldzaamheid. Heeft hij eens menschenvleesch geproefd, zoo schijnt hij ook daarop verlekkerd, en zwemt niet zelden nevens eene kanoo, het oogenblik bespiedende, om zijne prooi te pakken. Vanhier, dat, wanneer men weet, dat een Cebado, dat is een aan menschenvleesch gewone Alligator, zich in de nabijheid bevindt, allen zich vereenigen, om op denzelven jagt te
maken. Dikwijls gelukt zulks, door een' strik uit te leggen, die met vleesch bezet is. Wanneer hij toehapt, wordt de onderkaak in het touw beklemd, en het gedrogt, dus vastgehouden, met speren gedood. - Intusschen maken moedige mannen aldaar hun werk, om den Alligator ook op andere wijzen te vangen. Een sterk man wapent zijne reg-