| |
| |
| |
Marie Anne Lenormand.
Deze beruchte kaartenlegster was in het jaar 1772 te Alençon, in Normandije, geboren. Hare moeder was eene hooggeprezene schoonheid; doch deze ligchamelijke voordeelen erfden niet over op de dochter, die meer door geest en schranderheid uitmuntte. Al spelende leerde zij hetgeen in Frankrijk de voorwerpen van het onderwijs der juffers uit de hoogere standen uitmaakt: Fransche litteratuur, muzijk, teekenen en schilderen. Haar onderwijzer in de letterkunde had zoo veel behagen aan hare leerzaamheid, dat hij haar uit eigen beweging ook nog les gaf in het Latijn. Dit gebeurde in het klooster der Benedictijnsche nonnen, waar zij niet als nieuweling, maar enkel als kostjuffer woonde. Als zoodanig mogt zij dan ook, onder behoorlijk toezigt, gezelschappen bezoeken; en in dezelve had zij gelegenheid, aan den eenen kant met hare verkregene kundigheden te schitteren, aan den anderen, bij de gesprekken, welke zij met veel vernuft en welbespraaktheid wist te voeren, de eigenheden, lievelingsmeeningen en lievelingsneigingen der meest verschillende personen gade te slaan. Haar vroegtijdig ontwikkeld oordeel en verbazend sterk geheugen, gepaard met hare op deze wijs gedurig vermeerderende wereld- en menschenkennis, lieten haar toe in vele dingen een helder inzigt te hebben, waar voor anderen alles duister was. Uit het klooster der Benedictijner nonnen ging zij over in het Mariastift, en hier voorspelde zij, op grond van zekere kenmerken, die aan de oplettendheid van anderen ontsnapt waren, dat de abdis van het klooster, hetwelk zij bewoond had, afgezet zou worden. Dit legde den grond tot haren naam van profetes. In haar achttiende jaar kwam zij naar Parijs bij zekeren Heer d'amerval, om hem bij zijne bibliografische nasporingen behulpzaam te zijn. Omstreeks dezen tijd moet zij aan verscheidene personen van aanzien te kennen gegeven hebben, dat eene droeve toekomst den Koning en de
Koningin verbeidde - eene voorspelling, die evenmin bovennatuurlijke begaafdheden onderstelt, als zij regt geeft, tot antiroyalistische gevoelens te besluiten. Marie lenormand was, even als vele andere verstandige vrouwen, eene vijandin van het republicanismus. Als pakkedrager verkleed, sloop zij in de Conciergerie, om, op last van eenige
| |
| |
edellieden, aan de Koningin, die haar vonnis te gemoet zag, een plan tot ontvlugting mede te deelen. De strenge bewaking der vorstin belette haar, dien last te volvoeren. Na dit mislukte waagstuk rigtte zij, in de straat Tournon, haar waarzegstershol in, niet zoo zeer om de ligtgeloovigheid der dwazen te brandschatten, als wel om aan de door de policie der democraten nagespoorde koningsgezinden zeer natuurlijke orakels te geven en nu en dan hun' verflaauwenden moed door troost in den vorm van profetie op te beuren. Hare profetengaaf strekte zich zoo ver niet uit, dat zij het bezoek van eenige gewapende burgers had vooruitgezien, die haar in naam van het Comité van algemeen welzijn gevangen namen en naar la Force bragten, als beschuldigd ‘royalistische complotten gevormd en contrarevolutionaire voorspellingen gedaan te hebben, om de burgers tegen elkander in de wapenen te jagen.’ In de gevangenis vond zij vele harer voorname bekenden weder, onder anderen Madame josephine beauharnais. De 9de Thermidor redde beide van de guillotine, en had kort daarna het openen van het Gouden Salon ten gevolge, waar de femmes aimables den toon gaven, en waar het tot den goeden smaak behoorde, het republikeinsche stelsel belagchelijk te maken. In deze gezelschappen werd Jufvrouw lenormand als eene profetes geroemd, die den val van het Comité de salut public voorspeld had; en zij zelve verhaalde met de uiterste bedaardheid, dat robespierre en st. just in het geheim bij haar geweest waren, en deze ontzettende verkondiging uit haren mond vernomen hadden. Er was geen gebrek aan vrijgeesten, die geloof aan deze fabel schonken; op deze wijs kwam Jufvrouw lenormand in de mode, en hare waarzeggerijen uit de kaart, uit koffijdik en uit leeggeblazen eijeren begonnen haar goede winsten op te
brengen. Toen buonaparte, in weinig jaren tijds, eene fortuin zonder voorbeeld gemaakt had, was het lenormand, die dit aan hare begunstigster josephine haarklein voorspeld had. Naar het schijnt heeft josephine zelve ingang aan dit sprookje verschaft; want in meer dan één opzigt kon het geen kwaad, dat zulke dingen geloofd werden. Ondertusschen mogt de profetes het voorkomen eener gunsteling van het consulaire hof niet aannemen; want hiermede zou hetzelve slecht gediend geweest zijn, en aan den anderen kant zou zij hierdoor hare royalistische klanten verloren hebben. Derhalve
| |
| |
verkondigde zij, tot stichting der laatstgemelden, in het jaar 1803, dat de groote onderneming, welke men door eene landing uit Boulogne tegen Engeland doen wilde, niet gelukken zou. De Consul deed haar daarvoor eenige weken lang vastzetten, dat is, hij sloeg den zak en meende den ezel; hij gaf de kwalijkgezinden hierdoor te verstaan, dat men een waakzaam oog op hen hield. Na deze welmeenende les onthield de profetes zich van voorspellingen, die den magthebbenden ongevallig konden zijn; en de policie van haren kant legde aan hare broodwinning, om zich op kosten der gekken te verrijken, tot aan het jaar 1809 niets in den weg. Om dezen tijd begon het gerucht in omloop te komen, dat napoleon voornemens was aan Keizerin josephine haar afscheid te geven, en met eene Russische of Oostenrijksche prinses in het huwelijk te treden, om eenen erfgenaam en opvolger te verkrijgen, dien, zoo het scheen, josephine hem niet kon schenken. Deze maar was in geenen deele den ouden royalisten, en nog veel minder aan Keizerin josephine zelve welgevallig. Derhalve gaf de profetes de orakelspreuk uit: dat josephine 's Keizers goede geest was, en dat met het nieuwe huwelijk zijne geluksster zou tanen. De Keizer nam de profetie in ernst kwalijk, en deed de verkondigster andermaal voor eenigen tijd opsluiten. Ondertusschen de uitkomst logenstrafte toevalligerwijs de voorspelling niet, en vier jaren na de scheiding van josephine was napoleon gevallen. Nu moesten de ongeloovigen wel zwijgen. Door dezen goeden uitslag bemoedigd, trad de profetes als schrijfster op, en verkondigde in vollen ernst aan de wereld, dat zij met zekere geesten in betrekking stond, zoo als phildarus, die haar het uitvorschen der verborgenste dingen gemakkelijk maakte, en ariël,
de bovenhemelsche, alvermogende geest, die haar kundigheden openbaarde, voor gewone menschen onbereikbaar. Deze geschriften hadden eenen ontzettenden aftrek en bragten veel geld op, des te meer, daar Mejufvrouw lenormand, die zich sedert 1810 van een boekverkooperspatent voorzien had, zelve de uitgaaf bezorgde. Hierbij versmaadde de vertrouwde der hemellingen en bovenhemellingen den penning der ambachtslieden niet, welke haar kwamen verzoeken, om, met hulp harer almagtige geesten, in het koffijdik of in de kaart na te sporen, waar een paar gestolen zakdoeken of soortgelijke dingen heengeraakt mogten zijn. De policie der re- | |
| |
stauratie legde haar bij dit bedrijf geene hindernissen in den weg. De Nederlandsche policie was iets strenger. Marie lenormand had het vruchtbare veld, 't welk zij bearbeidde, noordwaarts naar Braband uitgebreid; in de jaren 1818 en 1819 had zij reizen naar Brussel gedaan, die gansch niet onvoordeelig voor haar waren uitgevallen. In het jaar 1821 keerde zij nog eens derwaarts, om er eenen nieuwen oogst te houden. Onder andere raadzoekenden kwam er een behanger bij haar, die weten wilde, of niet de dief van vier gordijnen, welke uit zijnen winkel verdwenen waren, te ontdekken zou zijn. De profetes nam hem tien franken af, en wees hem, in een tarokspel, den aap No. 12, met de woorden: ‘Zie hier dien kleinen bruinen man; dat is uw dief. Hij zal gevat worden, en gij zult uw gestolen goed terug bekomen.’ Daar echter de vervulling dezer profetie wat al te lang achterbleef, bragt de behanger eene klagt tegen de waarzegster in, die, ongewaarschuwd door phildarus of door ariël, op bevel des regters van instructie, Heer greindt, in hechtenis genomen werd. Dit was geene arrestatie van hooge policie, gelijk de beide onder buonaparte, maar
kort en goed betrof het eene beschuldiging wegens bedriegerij. Hoe smartelijk dit de hooggeëerde Sybille moet gevallen zijn, laat zich ligt begrijpen. Ondertusschen dengenen, die met de hemelmagten in verband staan, moeten hier op aarde alle wederwaardigheden tot hun best dienen. Dit ongeluk gaf aan de schrijfster-profetes de stof tot een nieuw boek, waarin zij, deels in verzen, hare ramp beschreef, en zich alzoo eene nieuwe bron van inkomsten opende. Middelerwijl had haar deze schrijverij in de gevangenis tot tijdverdrijf gediend. De kamer te Brussel vond de beschuldiging ongegrond, doch op het appèl van den kant van het publiek Ministerie werd de Sybille door het geregtshof te Leuven schuldig verklaard en tot gevangenisstraf voor een jaar en eene boete van 50 gulden verwezen. Tegen deze uitspraak appelleerde zij op hare beurt, en stelde eene verdediging op, welke, vrij van haar gewone bombast en blootelijk het punt der toepassing van de wet op het onderhavige geval behandelende, eene verandering van het vonnis in 15 francs boete en verbeurdverklaring van hare tarokkaarten te weeg bragt. De profetes was dus ditmaal, gelijk bevorens, zoo als men zegt, met een blaauw oog er af gekomen. Tot aan haar levenseinde toe bleef zij, door
| |
| |
aan het bijgeloof tol te doen betalen, haar vermogen vergrooten, zoodat het bij haren dood de nog al aardige som van een half millioen francs bedroeg. Voor den regter van instructie te Brussel had zij beweerd, dat zij 125 jaren oud zou worden; desniettemin stierf zij in haar 71ste jaar - eene ergere rekenfout dan die, welke, nu tien jaren geleden, een naïve Zwaab aanwees in een werk, onder den titel: Bewijs, dat bengel zaliger zich in het berekenen van het eind der wereld slechts zeven jaar vergist heeft. Jufvrouw lenormand heeft zich vergist, bengel heeft zich vergist en zijn verbeteraar heeft zich vergist; want de wereld, die volgens bengel in 1833 en volgens zijnen verbeteraar in 1840 vergaan moest, staat nog, en zoo lang zij staat zullen er waarschijnlijk deels domme deels slimme profeten gevonden worden, welke het verborgene verkondigen, en gekken, die er voor betalen.
|
|