worden eenige vragen gevonden, genomen uit het verhaal zelf, ten einde het geheugen der kleinen te oefenen en de opmerkzaamheid bij het lezen meer op te wekken. In de scholen zal men hiervan het nuttige kunnen bespeuren. Boven ieder verhaal zijn een of meer schriftuurteksten geplaatst, wier woorden noch gevolgd zijn naar de Statenoverzetting, noch naar de Vulgata, noch naar eenige andere bekende en gebruikelijke vertaling, maar waarvan hier blijkbaar eene vrije vertaling uit het Fransch is gegeven, die doorgaans vrij lam en stroef is. Hoezeer de teksten wel gekozen zijn, is het te bejammeren, dat er in de aanduiding zoo vele misstellingen voorkomen. Zoo vinden wij, bl. 13 der schooluitgave, joan. eersten Brief CXI: (!) 18; de daar opgegeven plaats wordt aangetroffen 1 Joh. III:18; ook op bl. 38 wordt eene plaats aangewezen, die niet in Ps. CXLIV:15 en 16, maar in Ps. CIV:27 en 28 gevonden wordt; ergens vonden wij 1 Math. (?) Dergelijke fouten moest men vooral in geene werkjes, bearbeid voor de Nederlandsche jeugd, aantreffen.
2.) Is eene lofwaardige onderneming. Rec. wenscht hartelijk, dat deze Leidsman zoo zal blijven voortgaan; dan zal de jeugd aan hem een' gids hebben, die, buiten twijfel, veel zal kunnen toebrengen tot het duurzaam en onvergankelijk geluk van velen. Ook de meer bejaarde, zoo ging het Rec., leest de stukjes voorzeker met genoegen: de Beproeving in No. 1 is een roerend, leerzaam en bevallig geschreven verhaaltje. De in beide nommers voorkomende dichtstukjes zijn wel in den kindertoon, gemakkelijk en vloeijend, en geschikt om spoedig in het geheugen der kleinen eene plaats te behouden. Oordeel zelf, Lezer!