Kersgeschenk van Charles Dickens. Eene Geestverschijning. Naar het Engelsch. Te Amsterdam, bij C.F. Stemler. 1844 In kl. 8vo. 149 bl. f 1-90.
Wie maar eenigzins met Engeland bekend is, weet ook, dat het Kersfeest voor jong en oud, voor aanzienlijken en geringen het grootste feest des jaars is. Dan komt men van heinde en verre bijeen; bloedverwanten, die het geheele jaar gescheiden zijn, vereenigen zich tot gezamentlijke viering van de vrolijke dagen, en het merry old England is nimmer van meerdere toepassing, dan op dat oogenblik. Het is een schoon gebruik, dat het Christelijke feest ook aan huiselijke vreugde toewijdt, en deze laatste als het ware door het eerste heiligt.
Men moet dit bij het lezen van dit boekje niet uit het oog verliezen, om zich geheel in hetzelve te kunnen verplaatsen en het doel van den Schrijver te bevatten. Het Kersfeest is in Engeland een feest van algemeene vreugde, van onbekrompene milddadigheid en liefderijke hartelijkheid. Zich daaraan te onttrekken, in het vervullen der Kerspligten nalatig te blijven, dat toont eene bekrompenheid, een gebrek aan godsvrucht, een gemis van het beginsel der liefde, die het karakter jammerlijk onteeren. Dit is het thema, dat dickens zich in zijn Kersgeschenk ter behandeling heeft gekozen. Een oude gierigaard, norsch en wrevelig, vreemd aan al die aandoeningen, welke tot eene vrome en dankbare viering van het Kersfeest worden gevorderd, heeft in den nacht vóór het feest spookverschijningen of droomgezigten, zoo als gij wilt, die hem in de Kersdagen van zijne jeugd terugvoeren of getuige doen zijn van de Kersviering bij anderen, bij zijnen klerk, bij zijnen neef, beide door hem met onvriendelijkheid bejegend, of hem zijn eigen uiteinde voorspiegelen, zoo hij volhardt in zijne liefdeloosheid. De oude man ontwaakt als een ander mensch, in den geest der hartelijke broederliefde en mededeelzaamheid, die den feestvierenden Christen betaamt. De bijzondere tooneelen zijn, in den trant van dickens, met zijne natuurlijkheid, geestigheid en ook dikwijls gevoeligheid geschetst, en het geheel laat eenen aangenamen indruk achter.
Al wordt het Kersfeest bij ons niet op die wijze gevierd, als in Engeland, de geest, in dit boekje gepredikt, behoort het kenmerk van iederen Christen te zijn. Mogt het medewerken, om dien geest bij velen op te wekken en te versterken, de lectuur, onderhoudend en aangenaam op zich