Kluchtig woord van den heer Von Küstner.
Toen auguste anschütz, de dochter van den beroemden anschütz te Weenen, onlangs op het Hoftheater te Berlijn, als gastrol, de Sabine in het stuk Einfalt vom Lande speelde, en, na het vallen van het scherm, met onstuimige drift weder uitgeroepen werd, trad de tooneelkunstenares met bescheidenheid voorwaarts en dankte voor de toegeeflijkheid van het publiek, daar, zeide zij, zij toch slechts de schaduw was van hare voorgangeres op dat tooneel. Den volgenden morgen bood de Heer von küstner haar een engagement aan, en de bescheidene tooneelspeelster vorderde slechts 3500 thalers bezoldiging. - ‘Vijf-en-dertig honderd thalers, Mejuffer! En dat als schaduw! Denk dan toch eens, wat eene zon van ons zou kunnen vorderen,’ antwoordde de Hofraad küstner.