eene wijsgeerige school was voortgekomen. Geen exegetisch onderzoek naar de bewijzen voor de waarheid der Evangelische geschiedenis, die in haar zelve liggen. Geene Critische handhaving van de echtheid der Evangeliën, die door strauss met ééne pennestreek was ontkend. Evenmin eene Critiek van het begrip der Mythe, of eene wederlegging van strauss, van stuk tot stuk. Die iets van dit alles verlangde, zou zich bedrogen vinden. Wij vinden slechts wenken, opmerkingen, bijdragen. Nu weet wel iedereen, die strauss met een wetenschappelijk oog beschouwt, dat voor de wetenschap door zulke, zelden nieuwe miscellanea niet veel gewonnen wordt. Wij zouden daarom den hoogdravenden titel van ‘Réponse au livre de strauss’ liever hier niet hebben gevonden. En welligt heeft de scherpzinnige strauss, op zijn standpunt, menig argument van coquerel met een' ironischen glimlach beantwoord. - Maar, nu eenmaal het werk van strauss in handen komt, waarin het nooit had behoeven en behooren te komen, verblijden wij ons over hetgeen dus ook hier, ten behoeve van den ongeletterden lezer, geleverd wordt. De toon is waardig, de bewijsvoering duidelijk, de geest regt Evangelisch. Naast het werkje van Ds. cool, onlangs door ons aangekondigd, geven wij ook aan deze, soms los, maar vaak meesterlijk geschetste wederlegging, gaarne onzen bijval. Wij onthouden ons daarom ook van de aanwijzing van enkele onjuiste, oppervlakkige of weinig afdoende redeneringen. - Jammer, dat het tweede en derde Hoofddeel zoo onevenredig kort is ontwikkeld. In het eerste trok vooral het aangemerkte aangaande de geschiedenis van karel den Grooten onze aandacht. Welligt had de Schrijver echter, ook voor het
publiek, waarvoor hij schreef, toch nog iets naders ter handhaving van enkele hoofdbijzonderheden der Evangelische geschiedenis kunnen in het midden brengen, en den grondslag van het Straussiaansche stelsel scherper kunnen aantasten. Doch waarschijnlijk had hij goede redenen, om juist dit, en niet meer te leveren, bij de grenzen, die hij zich gesteld zag. Genoeg, wie onzer lezers door den aanval van strauss mogt zijn aan