eenige misslagen opmerkzaam, welke veelal bij het aanleggen en onderhouden van boomgaarden begaan worden; handelt over het verouderen der vruchtsoorten; wijst aan, dat vele van onze appel- en peersoorten niet geheel tegen onze luchtstreek bestand zijn; geeft middelen op tot het verkrijgen van nieuwe, voor onzen grond geschiktere soorten, en dringt aan op het oprigten eener kweekerij voor vruchtboomen, op het bijeenverzamelen der beste vruchtboomen, en op het aanleggen van boomgaarden, opdat men nieuwe soorten bekome, het verouderen tegenhoude, en goede soorten algemeener en schielijker verspreide.
Wij hebben vele juiste opmerkingen en gepaste raadgevingen in dit boeksken aangetroffen, en kunnen het gerustelijk aanprijzen aan landhuishoudkundigen en allen, die in land- en tuinbouw belang stellen, of daardoor eenige winst begeeren te bekomen. Het verouderen der soorten, een gebrek, waarmede de kundigste boomkweekers dikwijls geen' weg weten, wordt er regt duidelijk in uiteengezet. Wij zijn, ook door eigene ondervinding geleerd, met den Schrijver overtuigd, dat men verder zal komen met het uitlokken van nieuwe soorten, dan met de meestal vergeefsche moeite van het aankweeken en veredelen der verouderde. De Heer wttewaall noemt eenige appelen peersoorten op, welke meer en meer beginnen te verouderen; wij zouden van die lijst, naar onze ondervinding, enkele soorten aflaten, andere er bijvoegen; doch Ref. woont in een geheel ander gedeelte des lands, waar eenige der hier genoemde soorten geheel andere namen dragen, en durft daarom zoo bepaald niet beslissen. Sommige soorten, b.v. de Bergamot, Rietpeer en Wijker-pipping-appel, vervallen zeer sterk; maar dit verval is, naar wij opgemerkt hebben, meer een individueel verval der afzonderlijke boomen, dan van de soorten zelve. Aan jonge boomen, uit Boskoop ontboden, was het verval niet te bespeuren. Of evenwel de afzonderlijke boomen zich, gelijk men het noemt, niet meer zoo goed houden, als in vorige tijden, en alzoo de stelling van den Heer wttewaall bevestigen; dit kunnen wij niet beslissen. Het