zoo honderdmalen medegedeeld, dat ze voor eenen roman geene geschikte stoffe meer opleveren. Wat bij het lezen van de geschiedenis van columbus belang inboezemt, verveelt hier, omdat het hier misplaatst is. Dat geldt niet minder van al de moeijelijkheden, waarmede de groote man te strijden had, vóór dat hij het zoo ver kon brengen, dat men hem een paar kleine scheepjes toevertrouwde. Dat is alles goed voor de geschiedenis, maar past niet in den roman. Reeds van den aanvang van het boek af is deze zucht, om het verhaal zoo veel mogelijk te rekken, zigtbaar, en de eerste hoofdstukken over het huwelijk van isabella en ferdinand hebben eigenlijk volstrekt geene betrekking op den roman.
Wat nu het romantische gedeelte betreft, waarmede het historische is verbonden, ook dit heeft Rec. weinig behaagd. De veelvuldige gesprekken tusschen mercedes, beatrix en de Koningin over columbus en zijne plannen zijn althans niet minder langwijlig, en de spil, waarom de roman draait, de deelneming van den held des verhaals aan den togt van columbus onder eenen verdichten naam, is vrij zonderling; vooral is het noch in den geest van den tijd noch ook door eenig verstandig doel gewettigd, dat die deelneming ook na het welgelukken der ontdekkingsreize geheim moet blijven. Was dat, opdat de tegenwoordigheid van eenen Spaanschen Grande op de kleine vloot aan de historische getrouwheid van het verhaal geen afbreuk zoude doen?
Cooper heeft het eentoonige en weinig belangwekkende van zijne romantische inkleeding gevoeld, en daarom waarschijnlijk de episode van de zuster van den Indiaanschen Cacique, ozema, er ingevlochten. Doch of de roman zelf daardoor wel veel gewonnen heeft, daaraan zou Rec. twijfelen. Bij hem althans wekte de geschiedenis van de wel niet met opzet bedrogene, maar toch ongelukkige Indiane geene aangename gewaarwordingen op; terwijl het ook geen episode is, die door nieuwheid van vinding treft.
Over het geheel genomen oordeelt Rec. dus ongunstig over dit boek als roman. Is het iemand te doen om een verhaal van de ontdekking van Amerika te lezen, dat kan hij hier vinden. Maar liever raadde Rec. hem aan, een louter geschiedkundig werk over dat onderwerp ter hand te nemen; want aan het romantische in dit boek verliest hij niet veel.
De vertaling is goed en de druk netjes; het vignet kon beter zijn: maar de Schrijver heeft te veel van het geduld gevergd, om aan vele lezers te kunnen behagen.
No. VI, bl. 256, reg. 18, staat cunur, lees cunier.