den Schilder zijn. ‘Gelukkig de School,’ zegt de Schrijver, ‘waar moeder Natuur op den voorgrond staat, en zij alleen geraadpleegd wordt, om waarheid op het doek of paneel voor te stellen;’ zie bl. 27 en verv., waar het bestuderen der Natuur en de roem der Nederlandsche School, als het kenmerk van het eenvoudig ware met het dichterlijke vereenigende, naar waarde wordt aangewezen.
Ofschoon ons Tijdschrift schier uitsluitend zich bepaalt tot aankondiging van voortbrengselen uit het gebied van Wetenschappen en fraaije Letteren, zoo zullen onze Lezers, daar de vruchten der Poëzij zoo vaak in hetzelve beoordeeld en aanwijzingen tot hare rigtige en verhevene beoefening gegeven worden, het Rec. ten goede houden, dat hij iets uitvoeriger over hare zuster, over Schilderkunst en kunstbeoefening, thans spreekt. Een en ander zal, zoo hij vertrouwt, de hooge waarde van het werkje van den Heer koekkoek nog meer in het licht stellen, en, zoo wij hopen, menig jeugdig talent opwekken, om het zich aan te schaffen.
Om dan nog eens terug te komen op het bestuderen der Natuur, als de gids, die den Schilder, aan hare getrouwe hand gaande, zal afhouden van de paden van het valsche, wansmakelijke, overdreven fantastische in voorstelling, kleur en behandeling, zoo kunnen wij niet afzijn over te nemen, wat deswege op bl. 242 en 243 gezegd wordt, en dat hier tevens als eene eerzuil voor onzen schelfhout kan worden aangemerkt, hem gesticht door eenen kunstbroeder, die niet minder dan hij, in het bestuderen der Natuur, de typen der kunst ons voorstelt. ‘Zeker,’ zegt de Schrijver, ‘ons vaderland levert geene rotsen, watervallen, hooge bergen en romantische dalen op. Eene trotsche, verhevene natuur is in ons land niet te vinden; en nogtans biedt hetzelve ons natuurschoonheden aan, die in vele andere landen maar zelden voorkomen; fraaije veel- en fijnkleurige duingronden en heuvelgroepen, schilderachtige en levendige rivieren, zware boomen en houtmassa's, vrolijke heuvelachtige landschappen, fraaije verschieten en waterplassen. Valt uwe keuze op vlakke, eenvoudige landschappen, dan vindt gij immers in Holland alleen daartoe de rijkste stof. Wilt gij zien, wat er van een vlak, eenvoudig, landelijk tafereel, als hetzelve den stempel der natuur, het merk der waarheid draagt, schoons en bevalligs kan gemaakt worden, beschouwt dan de werken van onzen grooten schelfhout.