Schrijver van deze beide Stukjes te zijn. In het eerste meent hij te kunnen bewijzen, dat ‘er in den Bijbel genoegzame gronden bestaan, ter aanneming niet slechts der mogelijkheid, maar ook der hooge mate van waarschijnlijkheid eener menschwording van christus, ook buiten den zondenval, en wel door middel eener gewone geboorte.’ Referent stelt alle zulke speculative beschouwingen in gelijken rang met de oude vrage naar den toestand van de menschheid op aarde, indien adam niet gezondigd hadde, naar de vereischten van den Middelaar, en dergelijke onderzoekingen naar hetgene, dat kon geweest zijn, welke hem zeer ijdel en nutteloos toeschijnen: er is zoo veel te weten en na te sporen omtrent hetgene, dat werkelijk geweest is, en nog is, en zijn zal, dat wij ons waarlijk met zulke bespiegelingen over het rijk der mogelijkheden van het verledene, dat is doorgaans dat der droomen en hersenschimmen, niet behoeven op te houden. Ref. heeft dus ook geen lust, om de hier aangevoerde meening en bewijzen te toetsen, en houdt het daarvoor, dat dit Stukje wel onder des Schrijvers papieren had kunnen blijven berusten.
Hetzelfde meenen wij te moeten zeggen van het tweede Stukje. In het Voorberigt zegt de Schrijver, dat ‘de Goddelijke Verbondstrouw de vastigheid is van het Koningrijk der hemelen.’ De Goddelijke trouw, o ja! maar waarom juist Verbondstrouw, en wel, zoo als hij het verder bepaald noemt, de trouw van ‘een eigenlijk gezegd Huwelijksverbond’?! Wie weet thans niet, dat Verbond in dien zin synoniem is met Inrigting, Schikking, en dat de huwelijkstrouw, in sommige plaatsen der Profeten, slechts eene zinnebeeldige voorstelling is der betrekking van jehova, als den eenigen waren God, op zijn Beschermvolk Israël? En wat reden zou er dus zijn, om dit over te brengen op de Goddelijke inrigting, tot heil der wereld, door jezus christus tot stand gebragt? wat reden, dat ‘de vermelding daarvan’, gelijk de Schrijver zogt, ‘eene voorname plaats zou moeten vinden in eene stelselmatige voordragt der Christelijke Geloofswaarheden’? wat reden,