de verwanten der bruid en hare eigene staatszucht, door den glans eener kroon verlokt, ten voordeele van gustaaf. Margaretha werd Koningin, en de echtvereeniging in October 1536 te Stokholm voltrokken. Voor altijd was nu voor sture de geliefde bruid verloren. Teeder had hij haar bemind; teeder had zij zijne min beantwoord. Nu was zij Koningin en zijne liefde hopeloos. Desniettemin wenschte hij vurig, haar nog eenmaal te zien. Niet lang na haar huwelijk begaf hij zich naar het koninklijk paleis, en wist zich met haar, die zijne bruid geweest en thans zijne Koningin geworden was, eene geheime zamenkomst te verschaffen. Hij lag juist, door zijnen hartstogt weggesleept, voor haar op de knieën, toen de Koning onverwacht in de kamer trad. ‘Wat beteekent dit tooneel?’ vroeg gustaaf op forschen toon. Zonder de tegenwoordigheid van geest der Koningin zouden beide waarschijnlijk verloren geweest zijn. Bedaard nam margaretha het woord en zeide: ‘Sture verlangt mijne zuster marita ten huwelijk, Sire!’ De Koning gaf oogenblikkelijk zijne toestemming, en sture kreeg op deze wijs eene vrouw, aan welke hij nimmer gedacht had. De echtverbindtenis was gelukkig, en dertien kinderen zijn daarvan de vrucht geweest.