Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1841
(1841)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 688]
| |
Deze Aanmerkingen, met grondige kennis van zaken geschreven, dienen ter wederlegging van het gezegde, voorkomende in eene Memorie, tot betoog, dat, in de tegenwoordige omstandigheden, de Handel van Rotterdam en Dordrecht moet verkiezen het binnenvallen van derzelver schepen in het zeegat van Zierikzee, gedrukt, maar, zoover de Schrijver dezer Aanmerkingen weet, niet in den Boekhandel verschenen, onderteekend door den Burgemeester en Secretaris (in naam van den Raad) der stad Zierikzee. De Memorie van den Raad der stad Zierikzee heeft tot strekking, de voordeelen op te sommen, welke het Zierikzeesche zeegat, onder verschillende omstandigheden, den binnenkomenden schepen in het algemeen, en meer in het bijzonder boven het Brouwershavensche zeegat, aanbiedt. De Schrijver van deze Aanmerkingen treedt hier op als verdediger van het Brouwershavensche zeegat, niet voor het belang van Brouwershaven, maar voor het belang der zaak, niet om ter neder te schrijven, wat hij van anderen vernomen heeft, maar als deskundige. De aard dezer Aanmerkingen laat niet toe, dat wij, door aanhaling van het een of ander gedeelte derzelve, de juiste en nette behandeling der zaken kunnen doen uitkomen; wij zouden vreezen de opinie over het geheel daardoor schadelijk te zijn. Alles draagt de kenteekenen van waarheid, kunde en beschaving; en wij verheugen ons voor den Handel, dat er deskundigen zijn, welke hun gevoelen met zulk eene klaarheid, zelfs voor den minkundige, verstaanbaar kunnen maken. Wij kunnen deze Aanmerkingen niet genoeg ter lezing aan alle bij den Handel belanghebbenden aanbevelen, dewijl dezelve met eenige kennis van onze kusten en binnenwateren, en voorgelicht door de Kaart van den Heer keuchenius, goed begrepen zullen worden. - De uitvoering is, zoo als het geheel, net. |
|