Anecdote, rakende de uitwerking van den schrik.
In eene zijner lessen over de uitwerksels van den schrik (dus verhaalt de Heer audubon) deelde Dr. rush deze Anecdote mede, voorgevallen bij eene afdeeling van krijgslieden, geposteerd nabij de hoogten der Hudson's-rivier, in Noord-Amerika. Een goudgele arend (falco chrys. linn.) had zijn nest gebouwd in de holte eener rots, die over het water hing. Een soldaat deed zich een touw om de middel vastmaken, waaraan zijne kameraden hem nederlieten, ten einde hij tot aan het nest des adelaars konde afdalen. Daar werd hij eensklaps aangevallen door den woedenden vogel, die zijne jongen verdedigde. De onverschrokken soldaat trok nu zijn mes, het eenige wapen, dat hij bij zich had, en weerde daarmede, zoo goed hij konde, zijnen vijand af; maar, het lemmer zwaaijende, had hij het ongeluk van nagenoeg het touw door te snijden, dat nu begon zich verder te ontrollen. Zijne kameraden op den top der rots, zulks bemerkende, trokken hem zoo snel mogelijk naar boven, en verlosten hem gelukkiglijk uit zijnen ijselijken toestand, op het oogenblik dat hij niet anders dacht, dan dat hij in den afgrond zou nederstorten. Zoo geweldig werkte de invloed van den schrik op den, aldus tusschen leven en dood zwevenden soldaat, dat nog vóór den derden dag daarop volgende al zijn hoofdhaar grijs was geworden.