Bloedhonden nog heden ten dage op menschenjagt afgerigt.
Meermalen is er, in de dagbladen, van het aanwerven eener bende, op de menschenjagt afgerigte honden, bij de Noordamerikaansche armee, om daarmede de vrije Indianen te bestrijden en uit hun gebied te verdrijven, berigt gegeven, en dit berigt ook weder geloochend. Thans echter kan de daadzaak niet meer in twijfel getrokken worden. ‘Kolonel fitzpatrick,’ zegt het Noordamerikaansche blad the Tallahassee-Star van den 9 Januarij 1.1., ‘is eergisteren met 40 bloedhonden en 6 Spanjaarden, derzelver oppassers en piqueurs, te St. Marc aangekomen. Treden eenmaal deze honden in dienst, zoo mogen wij vertrouwen, dat de oorlog tegen de Seminolen weldra geëindigd zal zijn. Wij zijn nieuwsgierig, dezen troep, dit viervoetige en vleeschetende regement, te zien.’ - Een ander dagblad, van den 14 Januarij, meldt de aankomst van den Gouverneur reid te Tallahassee, verzeld door zijn gezin, door ettelijke dragonders, en door ‘de honden van Kolonel fitzpatrick.’ En, even alsof een officier voor zulk een commando niet reeds te veel ware, voegt de laatstaangehaalde courant er bij, ‘dat Majoor bayley en Kapitein collins aangesteld zijn, om, onder bevel van fitzpatrick, aan het hoofd dezer honden te dienen.’