Wij kunnen deze beide Lijkredenen, door waardige mannen op waardige Ambtgenooten gehouden, geschiktelijk bijeenvoegen.
In donker curtius verloor de vaderlandsche Kerk eenen Man, die haar in onderscheidene betrekkingen onschatbare diensten bewezen heeft; wiens nagedachtenis in zegening blijft, als van eenen Godgeleerde, wien, bij veelzijdige kundigheden, eene groote juistheid van oordeel, helderheid van voorstelling en gelukkige schranderheid eigen waren; van eenen wakkeren Voorzitter onzer hoogste Kerkelijke vergadering, die steeds met ijver de belangen der Nederlandsche Hervormde Kerk voorstond en behartigde, wiens wijze raad vaak werd ingeroepen bij hetgeen in en met die Kerk in de laatste jaren gebeurd is, en die op het gelukkigst vereenigde eene gematigdheid, die toegaf, waar toegegeven kon worden, met mannenmoed, waar het regt en belang gold; van eenen Leeraar, voor de Arnhemsche Gemeente onvergetelijk. Hij verdiende de hulde, hem voor die Gemeente door zijnen veeljarigen Ambtgenoot en vriend overduyn gebragt; en deze heeft wèl gedaan met het verzoek, tot uitgave van deze Lijkrede in te willigen. Zij stichte nut, om het herdenken aan donker curtius daar en elders in eere te houden!
Minder algemeen bekend was wijlen de Amersfoortsche Leeraar van beuzekom. Echter bleven 's Mans gaven door de Vaderlandsche Kerk niet onopgemerkt. Als Leeraar in onderscheidene Gemeenten, als lid van het Provinciaal Kerkbestuur, ook der Synode, was hij haar nuttig. De steller van dit verslag leerde den waardigen Man kennen en hoogachten, gelijk het hem wederkeerig een genoegen was, in de genegenheid van van beuzekom te mogen deelen. Hij dankt 's Mans Ambtgenoot voor de hem in de gemeente en openlijk toegebragte hulde. Van hoorn heeft den ontslapene naar het leven geteekend; en, schoon het hier niet te pas zou komen, zijne Lijkrede aan de regelen der kunst te toetsen, mogen wij wel met een woord zeggen, dat dezelve dien toets niet zou behoeven te schromen. De tekst is Spr. X:7a. De gedachtenis des regt-