Catechismus in de Leerstukken des Geloofs, en de voornaamste Geschilpunten tusschen de Hervormde en Roomsche Kerken. Uit het Fransch. Te Amsterdam, bij J.A. Marjée. 1838. In kl. 8vo. XII en 103 bl. f :-90.
Wat zal Rec. van dit Vraagboekje zeggen? Het bevat, ja, eerst, in veertig afdeelingen, eene menigte punten, waarin de Protestantsche van de Roomsche Kerk meer of min verschilt, en daarna, in achttien artikelen, eene ‘verzameling der voornaamste teksten uit de H. Schrift, ter wederlegging der in de Roomsche Kerk bestaande dwalingen;’ maar (om nu niet te zeggen, hoe veel gepaster dit een en ander ware te vereenigen geweest) alles zeer vlugtig en oppervlakkig en veelzins onnaauwkeurig in 103 kl. oct. bladzijden behandeld, zwakke en sterke bewijzen, houdbare en niet houdbare Bijbelplaatsen door elkander geworpen; en bij dit alles een dorre stijl, en niet zelden een scherpe en bittere toon, die den vriend der Christelijke waarheid en liefde niet betaamt. - Een paar proefjes uit dit boekje, zonder veel te zoeken. Bl. 1: ‘Waren de Schrijvers dezer boeken’ (van het Oude en Nieuwe Verbond) ‘door den Heiligen Geest gedreven? Ja; wij worden overtuigd, dat die Heilige Schrijvers door God gedreven waren,’ (bl. 2 worden zij genoemd ‘door God ingegevene menschen;’ wat zijn dit?) ‘door de wonderwerken, die zij verrigt, en de voorzeggingen, welke zij, van hetgeen nog stond te gebeuren, gedaan hebben, en die vervuld geworden zijn.’ Dus b.v. de onbekende Schrijvers van het Boek job en van de Boeken der Koningen hebben wonderwerken verrigt en voorzeggingen gedaan! - Bl. 3: ‘Waarom gelooft gij dan, dat de H.S. Goddelijk is? Ik geloof, dat de H.S. Goddelijk is, uit hoofde der blijken van Goddelijkheid, die er in doorstralen,’ (dus, zij is Goddelijk, omdat zij Goddelijk is!) ‘door de verhevenheid der waarheden, welke zij leert, de heiligheid der voorschriften, en de verwonderlijke over-