Heer reddingius losselijke melding maakt, doch die hij meent, dat alleen van dienst kan zijn voor hen, die zich eene gezette studie van de zaken des Armwezens kunnen maken. Voor degenen, die dit niet kunnen of behoeven te doen, meende hij een andere leiddraad noodig te zijn: hiertoe heeft hij de Wet van 28 November 1818 woordelijk overgenomen, en bij elk artikel aangeteekend, wat hem in volgende Koninklijke Besluiten als hiertoe betrekkelijk voorkwam, met weglating van alles, wat hij als overtollig voor het gebruik leerde kennen.
Loffelijk is deze poging, en kan voor dezen en genen nuttig zijn: of zij echter volkomen doelmatig zij, zou Rec. betwijfelen; want velen zullen zich nu bij elk artikel der bovengemelde Wet met eene menigte andere artikels overladen zien, en sommige daar ter plaatse volstrekt niet zoeken. Zou het niet beter geweest zijn, of elk artikel der bedoelde Wet, met aanwending der volgende Besluiten, die onderaan konden zijn aangehaald geworden, zoo kort en klaar mogelijk te commentariéren, opdat men in voorkomende gevallen duidelijk wete, hoe men dezelve toe te passen, en wat men te doen of te laten hebbe; of anders het geheele onderwerp, op grond der bestaande verordeningen, onder eenige weinige en eenvoudige hoofdrubrieken te brengen, en daaronder de regten en pligten der Armbesturen te dezen opzigte algemeen verstaanbaar aan te wijzen? - Hoe dit ook zij, (en misschien is het variis modis ook hierop toepasselijk) de Schrijver heeft voor de meerdere bruikbaarheid zijner verzameling door eenen bladwijzer der voornaamste zaken gepast gezorgd.