Afscheidsrede over Judas 20 en 21, gehouden op den 21sten October 1838, in de kerk der vereenigde Doopsgezinde Gemeente te Groningen, door K. Sijbrandi. Amsterdam, J.D. Sijbrandi. 1838. In gr. 8vo. 34 bl. f :-50.
Een eenvoudig, hartelijk woord, voor de tijds-gelegenheid zeer gepast, en zoowel den vertrekkenden Leeraar, als der Gemeente, op welker verzoek het wordt uitgegeven, tot eere verstrekkende. Het thema is, volgens den tekst, ‘eene vermaning tot betooning der Christelijke liefde, die voortvloeijen moet uit de opbouwing des geloofs, en versterkt moet worden door de verwachting des toekomstigen levens,’ waarvan de Spreker tot zijn bepaald oogmerk een allezins gepast gebruik maakt. Welligt zou dit gebruik daarbij nog doeltreffender kunnen zijn, indien men, in plaats van ‘bouwt u zelven op,’ en ‘bewaart u zelven,’ vertaalde: ‘bouwt elkander op,’ en ‘bewaart elkander,’ zoo als de oorspronkelijke tekst hier, gelijk Phil. II:11, zeer wel toelaat, en zelfs door den zamenhang schijnt gevorderd te worden. Intusschen getuigt het hier gezegde van bekwaamheid, welmeenendheid en Christelijken zin, en zal ook door anderen met veel genoegen en stichting kunnen gelezen worden.