Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1838
(1838)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijEen dag levens van Louis-Philippe, koning der Franschen.Koning louis-philippe staat des morgens ten 8 ure op. Zijne eerste bezigheid is, de hem overhandigde brieven te lezen, en de meest dringende zaken van den dag te regelen. Zulks verrigt zijnde, begeeft hij zich ten 9 ure naar zijne kleedkamer, waar zijn gezin zich alsdan bij hem vervoegt. Terwijl de Koningin, de Prinsessen en derzelver broeders met elkander praten, en wel doorgaans op eene levendige, vrolijke en geheel ongedwongene wijze, scheert zich de Koning, en besteedt vooral aan zijne tanden, die zeer wit en regelmatig zijn, eene zorg, die aan het overdrevene grenst. Zijn toilet gemaakt zijnde, neemt de Vorst, die intusschen bestendig in het onderhoud van zijn gezin deelde, te midden van hetzelve plaats, omhelst zijne kinderen, en vermaakt zich zeer met de aardigheden, welke zij elkander zeggen, en die hij door eigen voorbeeld gaarne uitlokt. Ten 10 ure ontbijt de Koning zeer matig en kort, bestaande het ontbijt gewoonlijk uit aardappelen dood eenvoudig toebereid. Van tafel oprijzende, gaat hij het metselwerk bezigtigen, dat in het kasteel nooit ophoudt; en niet zelden | |
[pagina 102]
| |
ziet men Z.M. terugkeeren, de kleederen bedekt met pleisterkalk, daar hij tot in de hanebalken, ja somwijlen op de daken klimt, om zelf zich te overtuigen, dat en hoe zijne bevelen worden ten uitvoer gebragt, en te praten met de werklieden, die niet altijd bewust zijn, dat de man, met wien zij zoo gemeenzaam keuvelen, de Koning der Franschen is. Dit rondwandelen duurt tot I ure, het uur, dat de Raad der Ministers vergadert. Nooit blijft de Vorst in gebreke, denzelven bij te wonen. Hij plaatst zich aan de algemeene tafel, neemt een vel papier, en, terwijl hij oplettend luistert naar het verhandelde, teekent hij, met de pen, allerlei, nu eens koddige, dan denkbeeldige, dikwijls hekelende figuren. Hij sluit de zitting van den Raad met het resumeren der beraadslagingen, en meestal met het aanwijzen van den gang, dien men te volgen hebbe. Na het sluiten der zitting maken zich de Ministers, als om strijd, meester van de der Koninklijke penne ontsnapte schetsen, om daarmede de Albums der Hofdames te verrijken; terwijl de teekenaar onbewust blijft, welk een' prijs men op deze schetsen stelt. Nu doorkruist de Koning de Tuileriën en de Louvre. Dikwijls treedt hij de werkplaatsen der veelvuldige kunstenaars binnen, met arbeid in de Louvre belast. Zijne meestgeliefde schilders zijn de Heeren alaux en court. Hij gaat bij hen zitten, beschouwt met het oog eens kenners hunne schetsen, zegt zijn gevoelen, doorgaans den stempel dragende van eene gezonde kritiek, en verblijdt zich met goedhartigheid over het voltooijen hunner schilderstukken. Die werkplaatsen verlatende, ontsnapt hem somwijlen een zucht, en werpt hij een' droefgeestigen blik op het plein der Louvre en de kaaijen. Met fmart herinnert hij zich den tijd, toen hij, met de paraplui onder den arm, de straten van Parijs doorwandelde, elk nieuwopgetrokken gebouw in oogenschouw nam, en niet naliet te vertoeven voor de prent- en caricatuurwinkels. Men kent het woord, vóór een paar jaren van hem uitgegaan, tot een' beambte van zijn huis, die eenen Kapitein van de Nationale Garde wilde berispt hebben, omdat deze, nog beslijkt, zich aan 's Konings tafel nederzette: ‘Doe hem geen verwijt: hij is gelukkig, zich te mogen bemodderen!’... Wanneer het uur des middagmaals is gekomen, zet de Koningin alleen, met hare kinderen, hare schoonzuster en de genoodigde gasten, zich aan tafel, zonder naar den Koning te wachten, die eerst tegen het eind des maals verschijnt. Hij bedient zich zelf van een bord soep, doch hetwelk hij dikwijls moet laten staan, omdat zij koud geworden is; vervolgens zet men hem een kuiken in rijst voor, dat hij ontleedt en meestal geheel opeet; waarna hij een' tros razijnen of eenige andere gedroogde fruit neemt, opstaat, en, met zijn dessert in de hand, in het naaste vertrek gaat, waar al de dagbladen, in Frankrijk het licht ziende, liggen. De Koning leest met oplettendheid dien grooten hoop van | |
[pagina 103]
| |
staatkundige vertoogen, en vermaakt zich niet weinig met de oneerbiedige spotternijen, welke het uitschot dier dagbladen zich omtrent hem veroorlooft. Ten tijde dat de Charivari en de Caricature schier elken dag hem persoonlijk aanrandden, zag men hem dikwijls lagchen over deze losbandigheden der kunst, en die des avonds zelfs somtijds aan zijne familie vertoonen. De dagbladslectuur geëindigd zijnde, begeeft zich de Koning wederom naar zijne gemalin, en ontvangt de personen, die tot de avondreceptie worden toegelaten. Het onderhoud van den Vorst, wanneer niets in den loop van den dag hem ontstemd heeft, is allezins opgeruimd en ongedwongen. Hij heeft veel gezien, weet veel, vertelt goed en doet zulks gaarne. Met de klok van 10 ure begeeft zich de Koning naar zijne vertrekken, ontkleedt zich, trekt zijn' kamerjapon aan, en arbeidt niet zelden tot 2 à 3 ure in den morgen. Nooit zet louis-philippe zijne naamteekening onder eenig stuk, zonder vooraf van den inhoud kennis te hebben genomen. Wanneer het niet al te laat is geworden, gaat de Koning naar het verblijf der Koningin; anders spreidt een kamerdienaar hem een veldbed, welks hardheid den Koninklijken slaper de rustbank moet herinneren, welke hem in zijne jeugd was beschoren.Ga naar voetnoot(*) |
|