Nieuwe Herinneringen uit het gebied der Geschiedenis, betrekkelijk de Nederlanden. Door A.J. van der Aa. Te Amsterdam, bij J.C. van Kesteren. 1837. In gr. 8vo. 372 Bl. f 3-60.
In dit Tijdschrift (1836, No. 1) werd de bundel aangekondigd, waarop de onderhavige ten vervolge strekt. Den daar, door eenen anderen beoordeelaar, gegeven' raad, om meerdere orde in het oog te houden, hetzij historische, hetzij zedekundige, (om het zoo te noemen) heeft de Schrijver met opzet niet opgevolgd. Rec. wil geene partij kiezen tusschen ‘het groot aantal lezers en een paar Leesgezelschappen,’ die hem dit af- en de ‘twee of drie’ die het hem aanraadden. Een ‘beroemd geleerde’ raadde hem tot eene andere orde; maar toen was het te laat. Misschien vindt zich de Schrijver wel opgewekt, om nog eenen volgenden bundel naar dat plan het licht te doen zien. Gaarne moedigen wij hem daartoe aan; terwijl wij aan dit boek - een geschikt werk voor allerlei Leesgezelschappen - een ruim vertier welmeenend toewenschen.