Troostbijbel, of Verzameling van Spreuken en Leeringen uit de heilige Schriften des Ouden en Nieuwen Testaments; tot onderwijzing en vertroosting van kranken, en van dezulken, die zich in doodsgevaar bevinden, alsmede van hen, die geliefde personen door den dood verloren hebben. Te Leeuwarden, bij J.W. Brouwer. 1837. In kl. 8vo. XX, 244 Bl. f 1-25.
Wij schreven den breedvoerigen titel geheel af, omdat die genoegzaam het doel en den inhoud van dit, meest voor min beschaafde en min vermogende Christenen geschrevene, werkje aanwijst. Hadde Rec. de verzameling moeten maken, hij zou sommige hier gegevene Bijbelplaatsen weggelaten, andere daarentegen, die voorbijgegaan zijn, opgenomen hebben. Doch dat zou zich van elke verzameling laten zeggen; waarom wij het ook niet als eene aanmerking op dezen, zoo wij hartelijk wenschen, nuttigen arbeid willen laten gelden. Ten volle vereenigen wij ons met den wensch van den Eerw. van der tuuk, Pred. te Berlikum, die zich onder het Voorberigt als Schrijver doet kennen: ‘God, die ons zoo genadig zijn woord gegeven heeft, make hetzelve krachtig en gezegend aan menig lijdend en naar troost smachtend gemoed! Daartoe doe hij ook dit geringe middel dienen!’