nen landgenooten aan te bieden; en welligt had hij ruim zoo voorzigtig gehandeld, door over de redenen, die hem daartoe genoopt hebben, in het geheel niet uit te weiden.
Hoe dit zij, daar hij zegt, dat eene bescheidene beoordeeling hem niet ongevallig, zelfs aangenaam wezen zal, vertrouwt Rec., die alle onbescheidenheid veracht, maar opregtheid als hoofdvereischte eener beoordeeling aanmerkt, dat hij de volgende, die hem toonen zal, dat hij het boekje meer dan een vlugtig doorbladeren heeft waardig geacht, wel als eene in den door hem verlangden geest geschrevene zal willen opnemen.
De Schrijver verplaatst ons in Zeeland, tijdens een deel der fiere bewoners van dat gewest, na de inneming van den Briel door de Watergeuzen, in het voorjaar van 1572, zich insgelijks aan het dwangjuk van den bloeddorstigen alva trachtte te ontworstelen, en wel voornamelijk is de stad Vere het hoofdtooneel der handeling, en een harer voorname inwoners, sebastiaan de lange, die zijn leven in een' scheepsstrijd tegen de Spanjaarden liet, de historische hoofdpersoon; terwijl de Baljuw der stad, rollé, benevens den edelen jacob simonsz. de rijk, en meerdere met name bekende Watergeuzen, of andere personen, die in de gebeurtenissen dier dagen eene rol speelden, het tafereel helpen vormen, dat verder voltooid wordt door eenige karakters, welke, zoo ver wij weten, niet aan de Geschiedenis ontleend, maar uit het brein des Schrijvers geboren zijn, dewijl hij die voor het geheel van zijnen Roman behoefde. Van deze laatsten zijn adriaan, de zoon van den aanvankelijk naar de Spaansche zijde overhellenden Baljuw, margaretha, de dochter van de lange, de huisvrouw van dezen laatsten, en een ondeugende Jezuit, wel de voornaamsten, en het Roman-thema komt kortelijk hierop neder, dat de liefde der beide genoemde jongelieden, na eerst in de afkeuring van rollé en de kwaadaardige lagen van den onwaardigen Geestelijke vele hinderpalen ontmoet te hebben, eindelijk, na den dood van den laatsten en de politieke bekeering van den eersten, echter niet vóór dat margaretha's vader op de boven vermelde wijze was omgekomen, door een' gelukkigen echt bekroond wordt.
Deze aanvullingen en verzieringen stonden den Schrijver vrij, en de wijze, op welke hij ze met de historische voorvallen verbonden heeft, is niet zonder verdienste; maar eene