Zijn nevenman zat zoo stil en bedaard, zoo geheel met het schouwspel bezig, dat de bestolene niet waagde hem te verdenken. Evenwel, aan de andere zijde had hij tot eenigen buurman een' der pilaren. Derhalve, na een oogenblik bedenkens, neemt hij zijn besluit, grijpt den bewusten persoon bij den kraag en roept de Policie.
Een man der municipale wacht neemt beiden in arrest, voert hen naar het policiebureau, en hier vindt men werkelijk de vermiste doos, in gezelschap van nog twee andere, in de zakken van den verdachten.
Doch, behalve deze drie doozen, vond men nog iets anders, te weten onderscheidene zijden draden, aan welker einden looden kogeltjes vastgehecht waren. Deze dienden den Industrieridder tot vischsnoeren. Zoo dikwerf namelijk iemand hem een snuifje bood, en dit gebeurt onder Franschen, vooral onder eenigzins bejaarden, bijna elk oogenblik, liet hij, bij het nemen der prise, onbemerkt een kogeltje in de doos glijden; deze werd toegeklapt, ging, met den vischhoek in den buik, in den zak des eigenaars, en van daar weldra over in dien des visschers. Alle drie bij den gevangen' gevondene doozen hadden den hoek nog in.
Eene andere soort van Parijzer Industrie bestaat in het laarzenstelen, op deze wijze: Een welgekleed Heer bestelt, in zeker hôtel garni, een uur na elkander, twee laarzenmakers, kiest van elk een paar uit, maar geeft ook aan elk één der laarzen terug, onder voorwendsel van met likdorens aan éénen voet gekweld te zijn, (natuurlijk een aan den linker en een aan den regter voet!) met verzoek die laars op de leest te slaan: 't spreekt van zelf, dat bij de terugkomst der bedrogenen, de sinjeur verdwenen is.