voorkomen, genoegzaam zal zijn, om het met belangstelling te doen ontvangen.
De onaangenaamheden, welke onze reizigers in de haven van Ilay hadden ondervonden, en het geringe vertrouwen, dat men kon stellen in de Gouvernementen der nog zoo weinig georganiseerde gemeenebesten van Zuid-Amerika, deden den bevelhebber der Wilhelmina en Maria besluiten, om Amerika voor deze reis vaarwel te zeggen, en zijnen koers naar de Sandwichseilanden te stellen. Na eene vaart van omstreeks zes weken bereikten de reizigers het grootste dezer eilanden, Owhyhee, deden ook de Karakooa-baai aan, bezagen onder anderen het dorp Kowrowa, waar Kapitein james cook vóór achtenvijftig jaren door de inboorlingen vermoord is, bezochten nog andere havens der Sandwichseilanden, en werden door de Vorsten, de Christenzendelingen en de inlanders overal vriendelijk ontvangen. Belangrijk zijn de berigten aangaande den voortgang der beschaving op deze eilanden, welker bewoners nog voor weinige jaren in eenen staat van barbaarschheid verkeerden. De berigten aangaande deze zoo merkwaardige eilanden worden besloten met eene beschouwing van dezelve als handelen ververschingplaatsen. Den 10 Maart 1828 verliet het schip de Sandwichseilanden, en kwam in het laatste van April op de reede van Lintin. Van hier deed de Heer boelen afzonderlijk eenen uitstap naar Macao en Canton. Na met het schip eenen togt naar Manilla en naar China terug gedaan te hebben, neemt men eindelijk op den 17 December van de reede van Whampoa, bij Canton, de terugreis aan naar het vaderland. Na ook nog eenen korten tijd voor Sint Helena geankerd te zijn geweest, kwamen de reizigers op den 6 Mei 1829 voor Amsterdam en dus in
het Vaderland terug. Ook in dit deel is alles, wat in de door boelen bezochte landen voor den handel belangrijk voorkomt, aangeteekend. Ook daardoor onderscheidt zich het werk, dat hetzelve niet op eene onbescheidene wijze uitgerekt en alzoo tot vele deelen aangegroeid is, baarblijkelijk met het