periodieke schriften overstroomd, de Boekhandel daaronder als bedolven, en de uitgave van degelijke werken daardoor belemmerd wordt. Wij kunnen dus niet dan met een kort woord van het bovenstaande nieuwe Tijdschrift van den Heer de thouars melding maken, waarvan vier stukken, als dit eerste, en met platen voorzien, in het jaar zullen uitkomen, en waarvan het laatste, onder de rubriek Letterkundige Verscheidenheden, ook boekbeoordeelingen zal bevatten.
Nadat in een zwierig vers ‘den Lezer heil met Aurora’ gewenscht is, komen hier drie Romantische Verhalen voor, de Groet uit het Graf, uit het Hoogduitsch medegedeeld door n. van berkum bijsterbos jr., de Reis naar den Etna, en Biondina, (met portret) beide medegedeeld (oorspronkelijk of vertaald?) door den Verzamelaar, aan welke beide laatste liefdegeschiedenissen (gelijk zij alle zijn) Rec., zoo naar vinding als naar ontwikkeling, de voorkeur geven zou boven het eerste, dat hij daarenboven voor schadelijk houdt, als voedsel gevende aan het geloof aan ongerijmde voorteekenen van den dood eens afwezigen: de twee andere zijn echter hooggespannen en opgewonden genoeg; in welke soort van verschijnsels uit de verdichte wereld hij over 't geheel weinig nuttigheid ziet.
Onder de rubriek Krijgskundige Verscheidenheden vindt men hier eene korte Levensschets van den vermaarden Oostenrijkschen Veldheer wallenstein, met deszelfs portret; en Soldaat, dat is een vrij naar het Fransch gevolgd zeer ongunstig tafereel van het soldatenleven, door den Vertaler zelven eene ‘wel eenigzins al te partijdige schets’ genoemd, waarop hij een tegentafereel zal geven.
De rubriek Poëzij geeft eerst het Dichtstuk de Mensch, aan Lord byron, naar het Fransch van de la martine, door withuys, zeer wel (zoo veel Rec. zonder het origineel oordeelen kan) overgebragt: de uitdrukking is echter hier en daar (doch dit zal welligt aan het oorspronkelijke stuk liggen) wat duister of overdreven. - Hierop volgen deze Dichtstukjes van den Verzamelaar zelven: Najaarsavondlied, Fragment uit het Beleg van Aardenburg, Lord byron's dood, Vergeet mij niet, aan Arminia, Kinderlachjes, Sterven, Goeden nacht, aan Mina, Afscheidsgroet aan Woudrichem, Zij, Vriendschap en Wijn, Vriendenraad (de twee laatste door corr....) Men ziet in dezelve vele blijken van het dichtergenie des Heeren de thouars, dat bij