van den eersten rang verheugt men zich, als men die gelukkig in onze moedertaal ziet wedergegeven; maar - dit is dan ook geene taak voor iedereen. Van tiedge's Urania hadden wij reeds eene dragelijke vertolking: waartoe dient nu eene nieuwe, al is het eenigzins betere navolging? Doch het is nu zoo, en, gelijk wij zeiden, de Heer van goethem is beter geslaagd dan zijn voorganger. Hier en daar zijn er echter nog al vlekjes aan zijnen arbeid, b.v. bl. 4: Om, van voor 't kortziend oog, waar dat ‘om, van voor’ niet zeer aangenaam den regel begint. Bl. 7. Zijn, zijn de werelden verworpen vondelingen? Dat zijn, zijn is af te keuren. Herhaling van hetzelfde woord is dàn alleen fraai, wanneer in die herhaling eenige nadruk, eenige kracht gelegen is. Hier strekt dezelve slechts tot aanvulling van het vers. Wij bepalen ons tot dit ééne voorbeeld; maar op vele plaatsen vinden wij soortgelijk eene hinderlijke herhaling van het eerste woord van den regel. Hard is ook bl. 6: of, schriklijk denkbeeld!... 'k beef, waar 'k beef, bijna niet uit te spreken, volgt op het met twee medeklinkers eindigende denkbeeld. Met de dubbele 't en dergelijke afkappingen is ook wat slordig omgesprongen, en daaraan hebben wij een aantal stroeve regels te wijten. Doodbevrachte, voor met den dood bevrachte vleugelen, op bl. 16, is geen Nederlandsch. - Lief is de Mythe van Psyche overgebragt, bl. 66-70. Over het geheel zijn vele plaatsen in dezen (den derden) en de andere Zangen schoon; en, in weerwil van de gebreken, die ook dit werk aankleven, kan men den Vertolker
met het wèl volvoeren der voorgenomene taak geluk wenschen.