sen, door den Schrijver verzameld, als voorbereiding eener nieuwe uitgave van de Latijnsche brieven zelve. Wij hebben uit die aanmerkingen met blijdschap gezien, dat de Rector meer en meer in den geest van zijnen Schrijver begint door te dringen, en moedigen hem zeer aan, die studie ijverig en bedaard voort te zetten. Seneca is wegens zijnen korten, geäffecteerden stijl, wegens zijne te verre gedrevene Stoïcijnsche spitsvindigheden, zinspelingen, en andere oorzaken, een Schrijver, welke niet overal gemakkelijk begrepen wordt. Daar is eene groote mate van kennis der zeden en gewoonten van dien tijd, en bovenal eene bedrevenheid in den geheelen omvang der Latiniteit toe noodig, om hem goed te verklaren. Wat wij bedoelen, moge uit eenige weinige aanmerkingen blijken.
Pag. 3. Tortores. Seneca bedoelt door tortores die plaats in de stad Rome, niet in Canopus, alwaar de tortores woonden. Hij stelt er popinae tegenover. |
Pag. 7. In Utica. In de Handschriften leest men inimica, mimiaca, innumina. Er zal moeten staan in Campania. |
Pag. 20. Nihil cogito de die. Aan den dag zelven, waarop mij de dood zal overvallen, denk ik niet. Jam praeparatus sum. |
Pag. 21. Contra naturam est: quae pedes dedit, ut per nos ambularemus, oculos ut per nos videremus. Wij gelooven, dat hier gelezen moet worden: sicuti oculos, ut per nos videremus. |
Pag. 26. Video te quum maxime audio. Seneca zal geschreven hebben: quum maxime et audio. |
Pag. 62. Desine Fortunae beneficium male interpretari. Het is eene gave der Fortuin. Wat de Fortuin geeft, kan zij ook ontnemen. Geef dan aan die gaven geen' verkeerden naam. Noem het uw eigendom niet, wat slechts geleend is. |
Pag. 126. Aliquem eo sibi placere, quod ipse non fecit. Zinspeling op het bekende gezegde bij ovidius: Nam genus et proavos et quae non fecimus ipsi Vix ea nostra voco. |
Pag. 174. Praebebo, ita vivam. Ik zal mijnen hals aan het staal van mijnen moordenaar blootgeven, zoo waar als ik wensch te leven. Hij had er nog moeten bijvoegen: zelfs onder antonius! |
Wij konden dergelijke aanmerkingen ligtelijk met zeer vele vermeerderen. Doch zij zijn voldoende, om den Heere hir-