in de berghutten te overnachten en de wereldberoemde nationale liederen te hooren, - van dat alles droomen wij, wanneer wij het ééne, enkele woord Tyrol hooren of lezen. Wat wonder, dat de titel van dit werkje onze hoogste aandacht trok; dat wij bij vernieuwing die kinderen der fortuin benijdden, aan welke het vergund is, dergelijke reistogtjes door Tyrol te beschrijven en gevoigelijk te doen; dat, stond het in onze magt, te reizen, zoo goed als het in onze magt staat, deze recensie zoo lang te maken als een landmeters ketting, of zoo kort als een eindje waskaars op eene verkooping, wij met göthe zeggen zouden: dahin! dahin!
Maar hoe zullen wij nu eene reis recenseren naar een land, waar wij nooit geweest zijn? Ja, lieve lezers! als het daar haperde, dan zou eene menigte van reisbeschrijvers schootvrij tusschen de vuurmonden van Letteroefeningen, Recensent enz. enz. heen marcheren, en Rec. althans had de reis van ross naar het Noorden, met die van ver huell naar de Oost; die van la place om de wereld, met die zelfs van van houten naar Londen, gerust kunnen wegschuiven, of aan den Redacteur terugsturen met een: non nostrum! Maar mogelijk zou dan eene halve scheepslading boeken zelve wel eene reis gedaan hebben van den eenen beoordeelaar in de Tijdschriften naar den anderen; eindelijk terugkeerende derwaarts, vanwaar de uitgang geschied was. Nu, dat mogen wij ook wel doen met den ook bij onze landgenooten als Romanschrijver niet geheel onbekenden lewald. Hij zelf - en de man zal het toch zelf best dienen te weten - zegt, dat het werkje noch statistiek, noch geschiedenis, noch topographie van Tyrol is; dat er echter bijdragen tot het een en ander in gevonden worden. En zoo is het ook: maar, wat hij uit de geschiedenis van dit land geleerd, en de vele kleine bijzonderheden, die hij met zorgvuldigheid verzameld had; alles had het zijne toegebragt, om hem een groot denkbeeld van Tyrol en deszelfs bewoners in te boezemen. Dat is ook de indruk, dien dit reisverhaal op ons heeft gemaakt. En wanneer wij daar nu bijvoegen, dat de verhaaltrant levendig en onderhoudend, de vertaling goed en de uitvoering loffelijk is, dan meenen wij voor ditmaal eens vrijheid te hebben, om het werkje op de plank der reisbeschrijvingen weg te zetten; de pen op den inktkoker neêr te leggen, en de handen
te wrijven van genoegen, omdat onze vriend de Redacteur nu eens regt vriendelijk zal