Handleiding tot het stellen van Bliksem-Afleiders, door den Luitenant-Generaal Baron Kraijenhoff. Te Nijmegen, bij C.A. Vieweg. 1836. In gr. 8vo. 62 Bl. f :-80.
De Hoogleeraar moll heeft onlangs, in eene vergadering der eerste klasse van het Koninklijk Nederlandsche Instituut, eene Voorlezing gehouden over de afleiders en het onweder, welke men vinden kan in den Algem. Kunst- en Letterbode, 1836. No. 21 en 22. In deze Verhandeling wordt ernstig aangedrongen om onze kerkgebouwen en torens met afleiders te voorzien, en de onverantwoordelijkheid van het gedrag aangetoond diergenen, aan welken de zorg voor deze gebouwen is toebetrouwd, en die dezelve niet door dit beproefde middel tegen vroegere of latere vernieling beveiligen. Zij zijn er, zegt de Hoogleeraar, even zeer toe verpligt, als voogden, om hunnen pupillen de koepokinenting als voorbehoeding tegen de kinderziekte te doen ondergaan.
De eerste afleider, aan eenig openbaar gebouw in Nederland gesteld, was die aan den hoogen toren der St. Martini-kerk te Doesburg, in 1782 door den zelfden Heer kraijenhoff geplaatst, welke thans (54 jaren later) deze belangrijke Handleiding tot het stellen van Afleiders in het licht geeft.
Het is opmerkelijk, dat deze zaak zoo weinig in ons vaderland behartigd is. De Baron kraijenhoff merkt hieromtrent teregt bij den aanvang van zijn geschrift het volgende op: ‘Winstbelovende ontdekkingen en uitvindingen, hoewel zij, bij hare verschijning, tegen groote moeijelijkheden te kampen hebben, plegen echter meer spoedige vorderingen te maken om dadelijk al-