heeft in den aanvang tegenstand, zelfs dikwerf bespotting, ondervonden: echter heeft de ondervinding geleerd, dat uit kleine vereenigingen genootschappen zijn voortgekomen, talrijk in leden en rijk in gevolgen. Zoo wilde ik ook, dat in deze zaak weinigen zouden aanvangen, met eene betere inrigting aan het gezellig verkeer te geven; misschien vond haar voorbeeld navolging; en, al ware dit ook gering, weinig nuts te stichten is toch beter, dan geheel niets te doen. Wie het goede opregt wil, moet beproeven, wat hij kan.
Jufvr. H. Alles wel; maar hoe zoude uwe inrigting zijn, ten einde uw oogmerk te bereiken?
Mevr. S. Stel eens, gij en ik, en nog eenige weinigen met ons, komen overeen, om nu en dan - laat het op bepaalde tijden zijn - zamen te komen. Wij verbinden ons ter nakoming van eene zekere wet of regel, welke met onderling goedvinden wordt vastgesteld.
B. Dus wordt er nimmer iets ten nadeele van anderen gesproken; niet waar, Tante?
Mevr. S. Zeer zeker niet; maar wel van het goede, van prijzens- en navolgenswaardige daden. Voorts neme men een bepaald onderwerp, waarover men spreekt. Lectuur is toch thans vrij algemeen, ook onder ons vrouwen. Het een of ander gedeelte uit een boek, dat allen gelezen hadden, of dat bij de vrouw des huizes voorhanden was, en waaruit men iets voorlas, kon genoegzame stof tot belangrijk onderhoud opleveren.
B. Geen roman evenwel zoudt gij verkiezen, Tante? En is deze soort van boeken niet meest bij vrouwen in handen?
Mevr. S. Zonder nu ook deze lectuur geheel buiten te sluiten, - zouden wij dan denken, dat onze zusters niet anders dan romans in handen namen? Dit ware eene beleediging. Worden dan de werken van eenen martinet, lublink weddik en heldring, die van eene fenna mastenbroek en moens, de schriften van ewald, ehrenberg, girardet niet met graagte gelezen ook door onze sekse? En zoude ik bij deze niet nog vele andere kunnen voegen, die eene geschikte lectuur voor vrouwen opleveren?
Jufvr. H. Mag ik hier nog bijvoegen, dat eene leerrede, gehoord of gelezen, ook van tijd tot tijd stof tot onderhoud zoude kunnen opleveren; 't geen zoo min ongevallig als onnut zoude zijn?