Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1836

Nieuw Fransch letterkundig monsterstuk.

Er is thans te Parijs weder een nieuw dramatisch wanschepsel van zekeren mallefile, in zes bedrijven, ten tooneele gebragt, waarvan een Fransch Criticus dit getuigenis geeft: ‘Ziedaar eene fraaije Letterkunde en een heerlijk voortbrengsel der hedendaagsche School! Brandstichting, bloedschande, overspel, heiligschennis, oudermoord, kindermoord, broedermoord, doodslagen en ongebondenheid, - ziehier de hulpmiddelen! Eene vrouw, die haren eersten man vermoord heeft en den tweeden verraadt; die hare eerstgeborenen verbrand heeft en de overigen tot losbandigheid verleidt; een man, die moordt om te hu-

[p. 245]

wen, die huwt om niet vermoord te worden, en die liegt om te doen moorden; wettige kinderen, die allen als 't ware het doopsel des moords ontvangen hebben, en van roof en plundering leven; natuurlijke kinderen, die hunne gansche familie vermoorden, vader, moeder en broeders, - ziehier de handelende personen! Kinderliefde, ouderen broedermin, alle zachte, teedere en natuurlijke aandoeningen miskend, ja met voeten getreden! Zedeleer, Natuur en Godsdienst onophoudelijk verkracht en mishandeld! Ziedaar wat ons vertoond wordt in het zesde jaar der glorieuze Omwenteling, het eerste jaar der Censuur! Ziedaar de vruchten: wat dunkt u van den boom? - Het stuk heet: Les sept Enfants de Lara.’