De kleine Buffon, of Natuurlijke Historie voor Kinderen. Door R.G. Rijkens. Met 46 Plaatjes. Te Groningen, bij J. Oomkens. 1835. In 12mo. 132 Bl. f :-40.
Het schoone Boek der Natuur, geopend voor de Jeugd; of Natuurlijke Historie, loopende over de Nederlandsche Zoogdieren en Vogelen. Met 175 Afbeeldingen. Door R.G. Rijkens, Onderwijzer te Groningen. III Stukjes. Te Groningen, bij J. Oomkens. 1836. In kl. 8vo. 365 Bl. f 1-25.
De Heer rijkens wil gaarne de jeugd reeds vroeg met de Natuur bekend maken. Wie zou zulks niet goedkeuren? Het hangt er echter veel van af, hoe zulks geschiede. No. 1 is een kinderboekje van zeer geringen prijs. De daarin vervatte 46 plaatjes zijn kleine houtsneêvignetten boven elk hoofdstukje. Dezelve zijn dikwerf geheel onnaauwkeurig, zoodat b.v. niemand ligt een tapir zou herkennen in de op bl. 91 voorkomende figuur. Dat er eene neushorensoort in Amerika zou leven, gelijk wij bl. 93 lezen, zal wel door eene drukfout voor Afrika gesteld zijn. Overigens is dit boekje geen onaardig kindergeschenk; en zoo moge (volgens het motto, door den Schrijver uit jean paul ontleend en voor No. 2 geplaatst) de Natuurlijke Historie het suikersnoepgoed zijn, hetwelk de Onderwijzer het kind in den beginne in den zak steekt, om er aan te knabbelen.
Dit motto begrijpen wij. Jean paul vereert daarbij de Natuurlijke Geschiedenis juist niet bijzonder, door haar met bon-bon en ulevelles gelijk te stellen. Maar zou zulk suikergoed ook den eetlust niet bederven? Een tweede motto voor No. 2 begrijpen wij minder; het is van r. (veelligt van den Schrijver zelven?): De schoone Natuur worde door den Opvoeder eene wandelende kinderkerk voor de lieve jeugd. Eene wandelende kinderkerk? en dan nog eene kinderkerk voor de lieve jeugd? Het is pleonasmus en onzin, dunkt ons; maar de charaden, die bij suikergoed gevoegd zijn, bevatten veelal niet veel beters.
Om ernstig te spreken: wij houden Natuurlijke Geschiedenis voor eene nuttige en leerzame oefening en uitspanning der jeugd. Eer zij den Onderwijzer, die vroeg den regten zin voor de Natuur bij zijne kweekelingen opwekt! Dank verdient ook eene welgemeende poging, gelijk deze, al kunnen wij de uitvoering niet geheel billijken. De platen van No. 2 zijn evenwel, althans wat de vogels betreft, veel beter dan die van No. 1. Het zijn mede houtsneêfiguren, maar grooter dan die van het kleinere boekje. Overigens vinden wij hier over leefwijze en huishouding menige voor de jeugd niet onbelangrijke bijzonderheid; maar het beschrijvende en wetenschappelijke ontbreekt, onzes oordeels, al te zeer, om dit werkje eene Natuurlijke Historie te noemen. De vroegere titel, waaronder de stukjes afzonderlijk uitkwamen, (Vertellingen van den Onderwijzer Schoolvriend over Nederlandsche voortbrengsels der Natuurlijke Historie) zouden wij daarom gepaster keuren.