hunne boekdeelen in zijne kast laten staan; maar wat zij hem geleerd hadden, daarvan kon hij zich, zelfs voor één oogenblik, niet ontdoen. Eene zware beschuldiging; maar zij kan rijkelijk gestaafd worden, zoo het noodig is en de Heer bosscha het wenscht. Voor dit oogenblik is het nuttig, de lezers der Vindiciae hierop aandachtig te maken.
De Heer bosscha moet zich zeer sterk gevoelen; vanwaar anders die somtijds vrij bitse toon? b.v. p. 108. illa metri necessitas ad nauseam usque inculcatur: die walging heeft welligt veroorzaakt, dat bosscha eindelijk van het metrum niet meer hooren mogt, en op p. 117 eene correctie voorsloeg, die hij in de Corrigenda terug moest nemen: het metrum blijft een vies ding, als men over oude Poëten spreekt; maakt men zelf een vers, dan is het iets anders. - Vanwaar hier en daar eene halve poging om peerlkamp uit te lagchen? b.v. p. 19. sed, inquies pro acumine tuo. - Vanwaar anders, in de Corrigenda, die aanmerking op de latiniteit van peerlkamp, terwijl die van bosscha doorgaande slecht is, hoegenaamd geene kleur noch stempel heeft, en verre blijft beneden hetgeen men verwacht van iemand, die zich met vraagstukken van zoo kieschen aard bemoeit? - Alweder eene zware beschuldiging; maar zij kan rijkelijk gestaafd worden.
De Praefatio van den Heer bosscha, die vrij lang is, schermt tegen het geleerde stuk van peerlkamp, waarin deze den waarschijnlijken oorsprong der inschuifsels en ondergestoken Oden opspoort. Dat stuk is te kras voor bosscha; hij kan het niet aan, noch met zaken, noch met redenering. Hoe hij met argumentatie en dilemmata omgaat, blijke uit dit voorbeeld, p. X: ante omnia mihi pauca dicenda sunt de ista opinione, qua inprimis nititur omnis illa libertas, qua usus est vir cl. in reiiciendis tot carminibus aut carminum partibus, que opinio eiusmodi est, ut, nisi admittatur, vix commoda inveniri ratio potuerit eiiciendi, que huc usque pro Horatianis habita sunt. Tum enim nihil aliud restat, quam aut fateri, mediocrem poëtam fuisse Horatium, aut argumenta, quibus singula oppugnantur, infirmo vel plane nullo nisi argumento. - In het voorbijgaan zij dit eene proeve van den stijl en de syntaxis van den Heer bosscha.
De slotslom van het gansche boek is, dat Prof. bosscha, op zeer weinig na, alles schoon en verrukkelijk vindt, wat door peerlkamp uitgemonsterd is. Ieder zijn