| |
Nouveau Dictionnaire Français-Hollandais et Hollandais-Français, par D. Bomhoff, Hz. In II Deelen. Te Zutphen, bij W.J. Thieme. 1835. In gr. 8vo. Bij Inteek. f 13-50.
Bij al de bestaande Woordenboeken, van eenen winkelman, blussé, landré, agron en anderen, deed zich voor de beoefenaars der beide talen nog eene behoefte gevoelen, daar de menigte nieuwe uitvindingen, in onze dagen elkander als verdringende, en de vorderingen, in bijna alle wetenschappen gemaakt, in de dagelijks uitkomende wer- | |
| |
ken eene menigte woorden en uitdrukkingen doen aantreffen, welke men vergeefs in bovengenoemde Dictionnaires opzoekt. Geen wonder dan, dat het Woordenboek, door van moock in den jare 1823 aangekondigd, grooten bijval vond, en door eene ruime inteekening werd ondersteund. Daar dit werk evenwel tot hiertoe onvoltooid is gebleven, zien wij met genoegen in deze behoefte voorzien, en dat niet stukswijze, (hetgeen wij, in het voorbijgaan gezegd, voor Woordenboeken ook zeer ongeschikt vinden) maar in ééns.
Gaarne doen wij hulde aan de verdiensten van den bewerker en den ijver van den Uitgever. De kooper vindt hier waar voor zijn geld, twee lijvige boekdeelen, met eene duidelijke letter fraai gedrukt, en ruim 2500 bladzijden bevattende, voor een' betrekkelijk geringen prijs.
Wat nu den inhoud betreft, men vindt hier, behalve het Woordenboek, achter elk deel eene alphabetische lijst der meest gebruikelijke eigennamen, en eene volledige tafel der ongelijkvloeijende en onregelmatige werkwoorden, met derzelver enkele tijden, voor beide talen; terwijl wij met genoegen zagen, dat de Heer bomhoff te regt begrepen heeft, dat in een Woordenboek, hetwelk eenigzins op volledigheid wil aanspraak maken, ook zoodanige woorden en uitdrukkingen dienen opgenomen te worden, die, ofschoon niet regtstreeks tot de Nederduitsche of Fransche taal behoorende, echter in maandwerken of dagbladen menigmaal voorkomen, waardoor de lezer dan al weder genoodzaakt is, tot het eene of andere Kunstwoordenboek de toevlugt te nemen.
Tot deze cathegorie behooren in het Fransche gedeelte de volgende, die wij bij het doorbladeren opgeteekend hebben: Ab hoc et ab hac, Appoggiatura, Carloeck, Conclusum, Concoctio, Glacies Mariae, Hornblend, Hornschiefer, Lac-lak, Omnibus paribus, en meer andere, waarbij men kan voegen verscheidene woorden met K en W beginnende, die men vergeefs bij anderen zoekt.
Dezelfde uitvoerigheid vindt men in het Nederduitsche gedeelte, daar alleen de zamenstellingen met aan achtenveertig, die met be nagenoeg tweeënzeventig, die met in vijfendertig, die met op zestig, die met over tweeëndertig, die met ver honderdzesendertig, en die met voor achtenveertig kolommen beslaan; terwijl ook de zoogenaamde bastaardwoorden zijn opgenomen, en door het teeken § aangeduid. Met
| |
| |
dat al heeft men de noodige spaarzaamheid omtrent de plaats in acht genomen, en door dit teeken - overal de herhalingen der zelfde woorden pogen te vermijden, zonder dat zulks eenigzins der duidelijkheid kan schaden. Hierdoor heeft men te meer ruimte gewonnen voor eene en andere taalkundige aanmerking, welke men in de meeste Woordenboeken geheel mist, en die wij nog wel gaarne in grooter aantal hadden gezien.
Tot proeve der bewerking willen wij hier aan het volgende artikel eene plaats inruimen:
‘Main, f. Hand, vr.; -droite, Regterhand, vr.; - gauche, Linkerhand, vr.; - Tenir à la - In de hand houden; Avoir à ou dans la -, In de hand hebben; Joindre les mains, De handen vouwen; Serrer la -, De hand drukken; Lever la - sur q.q., De hand tegen iemand opheffen; Lever la -, De vingers opsteken; Mettre l'épée à la -, Den degen trekken; Mettre la - à l'épée, De hand aan den degen slaan; Prendre à la -, Met de hand vangen; Acheter à la -, In den roes koopen; Mettre la - à l'oeuvre, De handen aan het werk slaan; Mettre la - à un ouvrage, Aan iets medewerken; Mettre ou Donner la dernière - à un ouvrage, De laatste hand aan een werk leggen; Cet ouvrage est de - de maître, Dat is een meesterwerk; Faire valoir une terre par ses mains, Een goed zelf bebouwen; fig. Mettre la - à la pâte, Zelf handen aan het werk slaan; Tendre la - à q.q., Iemand de hand reiken, Hem zijne hulp bieden; Donner ou Prêter la - à q.q., Iemand behulpzaam zijn; Se tenir par la -, Se donner la - l'un à l'autre, Elkander bijstaan; Se laver les mains de - q.ch., Zijne handen in onschuld wasschen; Avoir les mains nettes de q.ch., Onschuldig aan iets zijn; Être (unis) comme les deux doigts de la main, Twee handen op éénen buik zijn, In eene
volmaakte eensgezindheid leven; J'en mettrais la - au feu, Ik zou er op zweren; Les mains lui démangent, De handen jeuken hem; Aller bride en - dans une affaire, Voorzigtig bij iets te werk gaan; Donner de la - à la -, Uit zijne handen in die van eenen anderen doen overgaan; Rendre une chose en - propre, Iemand iets eigenhandig bezorgen; Mettre une chose en - tierce, Iets aan eenen derde ter hand stellen; Faire sa -, Zijne schaapjes scheren, Zijn naadje naaijen; Être sous la -, Voor de hand zijn, liggen; ook: In onze magt zijn, Van ons afhangen; De marchand à marchand il n'y a que la -, Twee
| |
| |
kooplieden kunnen zich gemakkelijk vereenigen; Mettre la - à ou sur la conscience, De hand in zijn' eigen' boezem steken; ook: Onderzoeken, of men iemand beleedigd heeft, of men eenen misslag begaan heeft; Prendre ou Acheter de la première -, Uit de eerste hand koopen; Tenir une nouvelle de la première -, Een berigt uit de eerste hand hebben; Mettre la - sur le collet à q.q., Iemand pakken, vatten; Mettre la - sur q.q., De hand aan iemand slaan, Iemand slaan; Cela est en bonne -, Dat is in goede handen; Prendre en - les intérêts de q.q., Iemands belangen behartigen; Tenir la - à q.ch., De hand aan iets houden; Donner les mains à q.ch., In iets toestemmen, Genoegen in iets nemen; Tendre la -, Om eene aalmoes vragen; Je vous baise les mains, Ik maak u mijn compliment, ook: iron. Ik bedank u wel; Prendre ou Recevoir q.ch. de la main de q.q., Iets van iemand nemen of aannemen; Tenir la - haute à q.q., Iemand streng behandelen; Coup de -, Stout bestaan, o.; ook: Onverwachte aanval, m.; Homme de -, Man, die doorzet, m.; En venir aux mains, Handgemeen worden, Slaags raken; (En) être aux mains, Slaags zijn; Faire - basse sur..., Over de kling jagen; Jeu de -, zie Jeu; Être fait à la -, Met opzet gedaan zijn;
De longue -, Sedert lang; - mise, Arrestatie, Aanhaling, vr.; Saisir entre les mains de q.q., Zich verzetten tegen de uitlevering der gelden, die in iemands handen zijn; Plaider la - garnie, Voor eene zaak pleiten, die men in zijn bezit heeft; Vider ses mains, Overgeven, Uitleveren; Être sous la - de justice, In beslag genomen zijn; Mainlevée, Opheffing van een beslag, vr.; Imposer les mains à...., De handen opleggen; Sous -, Onder de hand, In het geheim; A deux mains, Met beide handen; ook: Om met beide handen te worden gehouden; van hier: Cheval à deux mains, Paard, dat onder den man en voor een rijtuig kan dienen; Homme à deux mains, Man, dien men tot verschillende dingen gebruikenkan; Prendre à toutes mains, Zich op allerlei wijzen pogen te verrijken; A pleines mains, Met handen vol, Ruim; En un tour de -, In een omzien, In een oogenblik. *-, Hand, vr.; Schrift, o. *-, Haak aan het puttouw, waaraan de emmer wordt bevestigd, m. *-, naam van sommige dingen, die naar eene hand gelijken. *-, Poot (van sommige vogelen), m. *-, Boek (papier), o. *-, soort van goudsmidstang. *-, klein tangetje der korlogiemakers. *-, bij boekdrukk., zekere figuur,
| |
| |
Hand, vr. *-, IJzer, waarmede men het hengsel van een' ketel grijpt, o. *-, als: - de briquetiers, Ploeg steenbakkers, m. *-, als: Main-brune, Tusschenblad bij kaartpapier, o. *-, in het spel, Voorhand, vr. *-, Zijden kwast, m. *-, Bok (eener koets), m. *-, Rank (aan eenen wijnstok), vr.’
In het Voorberigt zegt de Uitgever met volle regt: ‘Het schrijven van een goed Woordenboek is niet zoo gemakkelijk, als men soms wel meent, dewijl de bewerker, behalve de genoegzame bedrevenheid in beide talen, eenen zekeren tact dient te bezitten, en vooral een taai geduld.’ Dat nu deze beide hoedanigheden zich in den bewerker gelukkig vereenigen, heeft hij hier, zoo wel als in andere werken van soortgelijken aard, voldingend bewezen; en wij hopen, dat hem verder krachten, lust en gezondheid mogen verleend worden, om op eene zoo verdienstelijke wijze de beoefening der levende talen te helpen bevorderen. |
|