reisverhalen zijn somtijds middelen, om eene landstreek in de mode te brengen. Men leest spiess' Petermannetje op het verdek eener stoomboot, terwijl men de bouwvallen der Duitsche ridderkasteelen voorbijvaart. Met walter scott in de hand beklimt men de Schotsche gebergten, en dupaty of Mevrouw stael geleidt den reiziger door Italië. De aanhef van het eerste hier voorkomende verhaal bragt ons op deze gedachte. Zonneglans is eene Australische schoone, die, op een der Sandwich-eilanden geboren, door haren bijgeloovigen vader hawaii aan den offerdood toegewijd was. Zij wordt door eenen Engelschman gered en naar Parijs overgebragt; de kannibalendochter maakt opgang in de elegante wereld, en doet eindelijk een schitterend huwelijk. - Het tweede verhaal leert ons, in den zoogenaamden Burggeest van Rodenstein, eenen beruchten roover kennen, die in de bouwvallen van een onbewoond kasteel eene veilige schuilplaats zoekt, en daartoe de gedaante van eenen spokenden geest aanneemt. Het bedrog wordt ontdekt, en de schuldige ontvangt zijne straf. Het derde verhaal, De groote Onbekende, is eene satire op de dweepende ingenomenheid van sommigen met de werken van walter scott. Een Engelsch stoommachinist wordt, in eene kleine stad in Duitschland, door den waard eener herberg, voor den beroemden Romanschrijver van dien naam gehouden, en zonder betaling feestelijk onthaald. Gelukkig is de man eerlijk genoeg, om naderhand toch nog te betalen; terwijl deze vergissing aanleiding geeft, dat twee deugdzame gelieven gelukkig gehuwd geraken. - Het laatste verhaal, De Begunstigers genaamd, leert, hoe men soms zijn
geluk maakt, en hoe men het verderven kan. Gothold was eerlijk en bekwaam in alles, wat hem aanspraak kon geven op eene aanzienlijke bediening, maar zou zeker altijd arm gebleven zijn, indien hij zich, door zijne bekwaamheid in het openen van oesters, in het boksen en het vervaardigen van glimmend schoensmeer, geene vermogende begunstigers verworven had, en zóó in het bezit van een' voordeeligen post geraakt ware. - Wij rangschikken gaarne dezen bundel onder de aangenaam onderhoudende lektuur, en hebben ook niets gevonden, hetwelk, van de zijde der zedelijkheid, ons zou doen schromen, deze verhalen onzen landgenooten aan te bevelen.