door de talrijke ophelderende Noten aan den voet der bladzijden, door welke de lezer met de levensbijzonderheden der in den tekst vermelde personen bekend gemaakt of daaraan herinnerd wordt.
Deze Herinneringen zijn zonder eenige orde ter nedergesteld, en zulks, gelijk de Voorrede ons leert, met opzet, om, getrouw aan het oude zeggen, dat verscheidenheid vermaakt, het luimige met het ernstige af te wisselen. Rec. betuigt, dat deze reden hem voorkomt niet genoegzaam op te wegen tegen die, welke eenige orde zoude doen verlangen, het zij die orde geregeld ware naar de historische opvolging, door de verzameling van zoodanige trekken, die tot de beoefening van verwante deugden aansporen, of althans door de bijeenvoeging van diegenen, welke op denzelfden persoon betrekking hebben. Wel heeft de Verzamelaar het gemis, door dit gebrek aan alle rangschikking veroorzaakt, door de opgave van den Inhoud en een achteraan gevoegd Naamregister trachten te vergoeden; dan het schijnt ons toe, er niet genoegzaam door hersteld te zijn.
Deze aanmerking ware nogtans achterwege gebleven, indien niet Rec. haar den geachten Verzamelaar ter overweging had willen geven, tegen den tijd, dat hij, onder denzelfden of een' anderen titel, een' tweeden soortgelijken bundel ter perse legt, of ons door de levering van een' tegenhanger van dit boek, in den toegezegden Spiegel voor Nederlandsche Vrouwen, gaat onthalen.
Hartelijk wenschen wij, dat hij tot dit een en ander moge worden aangemoedigd door een ruim vertier van dit zijn werk, en er in bijgestaan door de oordeelkundige aanwijzing van bronnen en levering van bijdragen, tot welke hij zijne Landgenooten minzaam en bescheiden uitnoodigt.