Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1835
(1835)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 675]
| |
hield zich de hoop alleen aan geduld en baai vast; terwijl anderen te vergeefs in de onzekere baden hulp zochten. Eindelijk werd het Eau médicinale ontdekt, en nu scheen alle zwarigheid overwonnen. Dit zoo hoog geroemde middel tegen jicht en voeteuvel, met zoo vele van deszelfs opvolgers, is zijne werking verschuldigd aan het Colchicum; hetwelk met het Veratrum eene eigenaardige werking (specifiek) in deze ziekte schijnt uit te oefenen. De vreugde in het gild der jichtigen was in den beginne onbegrensd; men vleide zich, eene geneeswijze gevonden te hebben tegen de jicht, en tevens, bij eene hebbelijkheid voor deze ziekte, de vermaken der hoogere standen te kunnen blijven najagen. Maar deze vreugde was van korten duur! Geene rozen zonder doornen; ook het Colchicum heeft de zijne. Een of twee jichtaanvallen mogen voor dit vermogende middel wijken, zonder nadeelige gevolgen; te dikwijls te hulp geroepen, gelijkt het Colchicum aan de Geesten in de Oostersche vertellingen, welke derzelver onverduldige of zorgelooze bezweerders onverhoeds verslinden. De aanvallen worden menigvuldiger, en de bleekgele, uitgeteerde lijder spoedt naar het graf; het zij dat dit middel, gelijk men vroeger vooronderstelde, de ziekte te snel onderdrukt, waardoor de ziektestof niet behoorlijk uitgescheiden wordt, waartoe alle deze pijnlijke gewaarwordingen schijnen vereischt te worden; het zij dat het scherp, giftachtig middel, de Veratrine, eene slepende ontsteking in de spijsverteringswerktuigen voortbrengt, waardoor, met dezen belangrijken toestel, het geheele gestel ondermijnd wordt. Terwijl het moeijelijk valt dit te beslissen, zijn zulke ongelukkige gevallen meer dan eens gezien, vooral wanneer lijders op eigen gezag tot dit middel derzelver toevlugt genomen hadden, en, slechts met het tegenwoordige tevreden, onbewust de gevaarlijke toekomst te gemoet gingen. Indien gezond verstand een algemeen goed was, indien het gehemelte en de buik ooren hadden en de Artsen dwingelanden konden zijn, de jicht zoude gemakkelijk te genezen zijn, vooral indien de overvloed | |
[pagina 676]
| |
van de tafels der rijken naar de wijken der armen mogt gezonden worden. Maar, dewijl dit nu eenmaal niet zoo is, zal de jicht, door het Colchicum bestreden, maar niet ten ondergebragt, in de vergulde zalen blijven huisvesten; terwijl de armen zich kunnen blijven vertroosten over het gemis van zulk smartelijk euvelGa naar voetnoot(*). De jicht is eene ziekelijke wijziging van het geheele gestel, hetwelk vruchteloos enkel door plaatselijke middelen bestreden wordtGa naar voetnoot(†). Te vergeefs heeft men dit door het uitverkoren middel, de Veratrine, getracht; het alkaloïd, waaraan ook het Colchicum zijne kracht verschuldigd is. Over het algemeen behoorde het althans niet aangewend te worden in het eerste tijdperk der ziekte, wanneer de pijn zeer hevig en de deelen zeer rood zijn (derhalve in het tijdperk der ontsteking, wanneer ook eene geheel andere behandeling te pas komt). Het moet beschouwd worden als een tijdelijk verligting verschaffend middel (palliatief); maar het tast de kwaal niet bij de bron aan. Het Colchicum is een krachtig middel, (met zeer vele | |
[pagina 677]
| |
wijzigingen en uitzonderingen) hetwelk echter geenszins kan aanbevolen worden met het zeer bekende gezegde: indien het al niet baat, het schaadt niet.
Aanmerking des Vertalers. - Gij wenscht van mij te weten, mijn Vriend! of de vertaling van dit vlugtig stukje over de behandeling der jicht eenig nut kan stichten, en of het iets wetenswaardigs behelst, hetwelk tot hiertoe onbekend was? Dit laatste is minder het geval. Hetgeen de schrijver zegt, heeft de ondervinding meer dan genoeg bewezen. Door eene werkzame en geregelde leefwijze zoude de jicht, met het aan haar verwante voeteuvel, enz. zeer dikwijls voorgekomen, en door geduld en matigheid, indien al niet overwonnen, althans zeldzamer en dragelijker kunnen worden. De beoefening dezer beide deugden valt echter, volgens den schrijver, niet onder ieders bereik, en de matigheid wel het minst van de genen, die de genoegens des levens, en vooral die eener welbezette tafel, najagen. Indien men zich op deze wijze zelve konde helpen, waartoe had men met den Arts van doen of geneesmiddelen noodig? En gaat niet elke aankondiging van een nieuw gevonden onfeilbaar middel tegen de jicht en het podagra van een aantal getuigschriften vergezeld, van welke, wel is waar, de stellers verre te zoeken zijn en bij een opzettelijk onderzoek niet gevonden worden, of soms, ondanks derzelver aangekondigde beterschap of geheele herstelling, nog op het bed der smarte of met den pijnlijken voet op den podagrastoel zijn te vinden? Indien die getuigschriften de genezing al niet verzekeren, zij beloven haar toch, en enkele gevallen bevestigen tusschenbeiden de spoedige ophouding der aandoening; duurzame genezing kan immers ook geen Geneesheer noch eenig Apotheker bewerken? Niet het middel, hetwelk den aanval tegennatuurlijk onderdrukt; niet de leefwijze, welke de spoedige terugkeering tevens bevordert, heeft de schuld, maar het luchtsgestel en de ongelijk liggende keijen der straat zijn de oorzaak, dat zelfs het laatst aangeprezen middel van | |
[pagina 678]
| |
den Apotheker boubée te Auch, wiens stroop tegen dertig franken per flesch ook in Amsterdam verkrijgbaar is, eene spoedige en aangename geneeswijze belooft, tegen de herhaling van voeteuvel en jicht te kort schiet, ofschoon men voor zoo veel gelds iets beters mogt verwachten. Wanneer ik mij den grooten hoop vertegenwoordig, die den koetsier van eenen Arts, die zich door drie jaren lang waargenomene betrekking tot de uitoefening der Geneeskunde geroepen dacht, de ruimste broodwinning verschafte, terwijl slechts de verstandige minderheid den Doctor bleef aankleven, dan zal ook deze waarschuwing weinig afbreuk doen aan de middelen, welke tegen deze ziekte door onze nieuwspapieren met meer andere uitgevent, en niet zonder nadeel door velen, in de hoop eener betere toekomst, verorberd worden; maar indien slechts een enkele, die anders zichzelven nadeel berokkend had, door deze mededeeling behouden wordt, zal uw werk al wederom niet te vergeefs geweest zijn. Ik teeken deze, met bijzondere hoogachting, onder de sprenk: Simplex veri sigillum.
Naschrift. - Nadat ik deze reeds geschreven had, komt mij in handen: Onderzoek naar de belangrijke uitwerkselen van het uitwendig gebruik der Veratrine in onderscheidene ziekten, naar het Engelsch van a. turnbull, door j. turk, Med. Dr. Ik zie daar het gebruik der Veratrine ook uitwendig tegen rheumatismus en jicht aangeprezen. Het staat te bezien, wat de ondervinding te dezen opzigte leeren zal. Dit meen ik hier nog te mogen bijvoegen, dat, wanneer eene weidsche aankondiging van het een of ander geneesmiddel het vertrouwen nog meer tracht uit te lokken door het bijvoegsel, dat het slechts uit plantaardige bestanddeelen is zamengesteld, zulks nog geen waarborg oplevert, dat er geene bedenkelijke bestanddeelen in hetzelve aanwezig kunnen zijn. |
|