Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1835
(1835)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 561]
| |
l'ain aan het woord; maar, het gedruisch van een intusschen gevoerd luid gesprek hem telkens belettende voort te gaan, riep hij eindelijk uit: ‘Mijne Heeren! gij zult mij noodzaken een uur langer te spreken.’ - ‘Mijn Heer de Procureur!’ verhief zich eene stem, ‘dat is het maximum der straf!’ |
|