Tijdschrift voor Natuurlijke Geschiedenis, uitgegeven door J. van der Hoeven, M.D., Prof. te Leyden, en W.H. de Vriese, M.D., Prof. te Amsterdam. Isten Deels 1ste Stuk. Te Amsterdam, bij C.G. Sulpke. 1834. In gr. 8vo. 90 Bl. De Jaargang f 9-:
Van harte wenschen wij, dat dit Tijdschrift zulk een gunstig onthaal bij het lezend publiek moge vinden, dat de uitgever genoegzaam ondersteund worde in de kosten dezer onderneming. Met leedwezen heeft men toch die zien ophouden, waardoor gedurende eenigen tijd de Bijdragen tot de Natuurkundige Wetenschappen het licht zagen. Jammer zoude het zijn, dat een arbeid, door zoo vele verdienstelijke mannen bevorderd, uit gebrek van aanmoediging geenen verderen voortgang konde hebben. Dat ephemere voortbrengsels wederom spoedig in het niet verzinken, dewijl derzelver nietigheid van zelf hun geen lang bestaan kon verzekeren, is een billijk gevolg, in den aard der zaak zelve gelegen; - beter lot zij dezer onderneming beschoren, die hare aanprijzing met zich brengt, en uit wier vruchten men het best den grond leert kennen, op welken zij gekweekt worden. Tot nog toe ontvingen wij slechts het eerste stuk ter aankondiging.
Dit stuk behelst eene belangrijke Verhandeling over een geslacht der vleugelhandige Zoogdieren, Bladneus genaamd, door c.j. temminck; verder twee plantkundige, over de Steranijs van w.h. de vriese, en eenige waarnemingen omtrent den Culilawan-boom van rumphius, door c.l. blume; beide getuigen van de kunde en den ijver der mededeelers voor de wetenschap, welke zij bij voorkeur beoefenen. Dat Natuur-, Ontleed- en Ziektekundige Ontleedkunde in de volgende stukken eene plaats vinden, hebben wij met genoegen gezien. De Heer van der hoeven vervult terstond zijne belofte van dadelijke medewerking, door een berigt over de uitbreiding der Natuurlijke Geschiedenis en Ontleed-