Bijbel voor de Jeugd. Door J.H. van der Palm. XXIIIste en XXIVste Stuk. Te Leyden, bij D. du Mortier en Zoon. 1833, 1834. In kl. 8vo. Te zamen 526 bl. f 2-40.
Met deze beide Stukken, welke ook den titel dragen van Bijbelsche Tafereelen uit de Geschiedenis der Apostelen, heeft de Hoogl. van der palm zijnen Bijbel voor de Jeugd ten einde gebragt. Wij wenschen den waardigen Grijsaard geluk met het genoegen, dat hij heeft mogen beleven, ook dit zijn werk te voltooijen, hetwelk van alle 's mans uitgegevene geschriften een der nuttigste, zoo niet het allernuttigste is. Bijna een vierde van eene eeuw is er verloopen sedert de verschijning van het eerste Stuk. Welk eene menigte afdrukken zijn er in dat tijdsverloop van verspreid, en hoeveel heeft het toegebragt tot regt verstand en hoogschatting der gewijde Geschiedenissen! Waarlijk, de Hoogl. heeft ruime stof, om den goedertieren' God en Leidsman zijns levens te danken, dat Hij den lust in hem ouderhouden en de krachten hem geschonken heeft, om het niet slechts te beginnen en voort te zetten, maar om het nu ook, in zijnen reeds vergevorderden ouderdom, ten einde te brengen. Diezelfde Vader der lichten verleene steeds Zijnen zegen over het gebruik van dit overnuttige geschrift, en sterke verder den grijzen Opsteller in zijnen ouderdom!
De Heer van der palm berigt ons, dat, daar dit werk, door deszelfs uitgebreidheid, te kostbaar geworden is, om ook onder minvermogenden verspreid te worden, hij met de Uitgevers is overeengekomen, om een' nieuwen druk van hetzelve op te leggen, voor schoolgebruik geschikt, kleiner van letter, in een ander formaat en op gemeener papier, gelijk dan ook met die onderneming reeds een aanvang is gemaakt. Hoe fraai