de ontdekkingen van newton en het taal geduld van halley, naar wiens naam de Komeet, welke deze Verhandeling voornamelijk ten doel heeft, is genoemd geworden. Vervolgens geeft de Schrijver eene beknopte en duidelijke verklaring van alle de kunstwoorden, welke in het vervolg van dit werk voorkomen, waardoor hetzelve, zonder op iets te stooten, geleidelijk kan worden gelezen; alsmede wat men noodig heeft te weten, om de loopbaan eener komeet te bepalen, en waaraan men heeft te toetsen, of eene zekere komeet al dan niet dezelfde is, die te voren is verschenen.
Hierop volgt het eerste Hoofddeel, hetwelk de Geschiedenis der Komeet van halley behelst, waarin de Schrijver, van bl. 29-83, al het geschiedkundige, hetwelk bij de vijf voormalige verschijningen van deze komeet heeft plaats gehad, en voornamelijk datgeen, wat betrekking heeft op ons vaderland, vermeldt; hetwelk veel merkwaardigs in zich bevat, en ons een regt denkbeeld geeft van de bekrompenheid der denkbeelden en van de angstvallige vrees, welke men te allen tijde koesterde omtrent deze hemelligchamen, en hoe men dezelve in verband bragt met de menschelijke lotgevallen. Dit Hoofddeel is in vijf Onderafdeelingen verdeeld, als:
1o. Over de verschijning in het jaar 1456. - Hier vermeldt de Schrijver, welk een' algemeenen angst en schrik deze komeet destijds veroorzaakte, en hoe zij eene komeet van ongehoorde en ontzettende grootte werd genoemd; terwijl onder alle rampen en onheilen, welke zij veroorzaakt heeft, deze niet een van de geringste was, dat zij gehouden werd voor een gewrocht, uit de hel afgezonden, om de vernieling van het laatste overblijfsel der Christenmagt in het Oosten aan te kondigen, enz. En zoo meende men, dat zij oorzaak was van den hevigen storm, die in Italië en in de zee van Ancona woedde; alsmede van die in Toscane, waardoor de zwaarste boomen ontworteld, steden en kasteelen tot den grond gesloopt werden. Volgens claudius comiers, zou zij pogingen aangewend hebben, om de aarde uit hare zitplaats te stooten, welke eene sterke aardbeving ten gevolge hadden.
2o. Over de verschijning in het jaar 1531. - Hier worden de waarnemingen van petrus appianus te Ingolstadt vermeld, welke voornamelijk den staart van dezelve betroffen. Vervolgens kortelijk de rampen, welke men meende, dat zij veroorzaakte, vermeldende, verhaalde de Schrijver het meer