tarentula's in één uur. Baglivius verhaalt, dat de boeren in eenige streken van Italië, om de tarentula te vangen, voor derzelver woning het gonzen van eene vlieg door middel van een' haverhalm weten na te bootsen.
Ofschoon de tarentula bij het eerste gezigt, vooral wanneer men haren beet vreest, zich afzigtig en wild vertoont, zoo is zij evenwel ligt te temmen. Ik zelf heb er eene een half jaar lang levend gehouden. Zij gewende spoedig aan haren glazen kerker, en nam binnen kort mij de vliegen af, die ik haar toereikte. Zij zoog niet, gelijk andere spinnen, dezelve alleen aan den kop uit, maar verslond die geheel, en wierp naderhand de harde deelen bij stukken weder uit. Na het eten scheen zij gewoonlijk zich te reinigen - zij streek met de voorste pooten de voeldraden en kinnebakken af, en bleef dan eenigen tijd onbewegelijk zitten. Ik had gelegenheid, om op te merken, dat het dier negen dagen en nog langer kan vasten.
Ten besluite wil ik nog eenen kampstrijd tusschen twee tarentula's beschrijven. Ik plaatste twee volwassene, sterke mannetjes in een wijd glas. Nadat zij eenige malen, eenen uitweg zoekende, in het rond geloopen hadden, namen zij, als op een gegeven teeken, eene krijgshaftige houding aan. Tot mijne verwondering zag ik, dat zij deftig op hare achterpooten zich oprigteden, en zoo elkander de borstschilden toekeerden. Nadat zij aldus elkander wederzijds twee minuten waargenomen, en buiten twijfel dreigende blikken, welke de mijne ontgingen, toegeworpen hadden, vlogen zij op elkander toe, sloegen de pooten in elkander, en zochten elkander met de haken der kinnebakken te treffen. Hierop nu, het zij dat ze vermoeid waren, het zij dat haar krijgsgebruik het zoo medebrengt, had een wapenstilstand plaats - de krijgers lieten los, en verwijderden zich een weinig van elkander. Ik herinnerde mij, dat bij de zonderlinge gevechten der katten dergelijke rustpunten plaats hebben. Doch het duurde niet lang, of de beide