Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1834
(1834)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijDe homoöpathische geneeswijze.Den Fürsten wunderte und erfreute am Arzte sehr die Satire auf den eigenen Stand, und er lächelte; allein er bedachte nicht, dass eigentlich jeder am meisten über den seinen, als den ihm bekanntesten, der Hofmann über den Hof, der Autor über das Schriftstellerwesen, ja der Fürst über seines Gleichen Spott ausgiesst, nur ihn aber andern nicht gern erlaubt. De prijzenswaardige zucht uwer hilletje, om hare bezochte Natuurgenooten niet slechts met raad, maar ook met daad bij te staan, doet u op den inval komen, haar met een Huis- en Zak-apotheekje, op haren aanstaanden geboortedag, te verjaren, waartoe gij u opgewekt gevoeldet door de navolgende, door u in de Haarlemsche Courant gelezene, advertentie: ‘Bij den Apotheker johannes bätz, te Dusseldorf; zijn te bekomen Stomoöpathische Huis- en Zak-apotheken van diverse grootte naar welgevallen; de geneesmiddelen zijn geheel naar de Hofmansche voorschriften en onder speciaal toezigt van den Heer Dr. aegidi, Lijfarts van de Prinses frederik van pruissen, bereid geworden.’ Alvorens echter tot den aankoop over te gaan, doet ge mij de eer aan, naar mijn gevoelen te vragen over den aard van dit geschenk; welke soort van geneesmiddelen het zijn, en tot welk doel of met welke vrucht zij kunnen gebezigd worden? Het is kluchtig, (dat dit voorafga) tot welk zonderling misverstand soms eene drukfeil aanleiding kan geven. Wat zijn eigenlijk Stomoöpathische geneesmiddelen? vraagt gij: het zullen zeker Stoomoöpathische middelen zijn, middelen | |
[pagina 121]
| |
door stoom bereid; en de goede Heer Apotheker bätz, als meerdere Duitschers, wanneer zij Nederduitsch willen schrijven, het met de klinkers zoo naauw niet nemende, heeft stom voor stoom geschreven. ‘Maar, wat daarvan zij, (dus vervolgt gij) wat zijn Stomoöpathische middelen? Al worden deze middelen ook door stoom bereid of gedreven, dan versta ik de beteekenis evenwel toch niet geheel. Middelen te geven, waarvan men de bestanddeelen of zamenstelling niet kent, en dus derzelver werking vooraf niet behoorlijk weet te bepalen, zulks in den blinde te laten toedienen, dit is iets, hetwelk geen leek zich veroorloven mag; dit kan slechts het voorregt zijn van de gepatenteerde beoefenaars der Geneeskunst, op wier verzekering en aanraden wij de menigvuldige onbekende Xs. gedwee naar binnen slaan’..... Dr. strykius, zoo als gij kunt lezen in katzenberger's BadreizeGa naar voetnoot(*), welker geest gij dadelijk zult raden, wanneer ik u zeg, dat jean paul haar geschreven heeft, noemde den Professor katzenberger, zijnen Collega, met verkropte woede, of liever onder de mom eener gehuichelde vriendelijkheid, Humoristischer Arzt, en sloeg hem naderhand in den donker, in de dusgenoemde beerengrot, zoo gevoelig op de knokkels, dat katzenberger de in het verschiet hangende lampions voor dansende sterren aanzag.Ga naar voetnoot(†). Ik zoude hetzelfde kunnen doen, en schrijven; ‘Wel, Neef! wat zijt gij geestig!’ en nemen vervolgens, naar het aan ons gild toegekende en bij patent verzekerde voorregt, te zijner tijd met een of ander pas uitgekomen middel, waarvan de werking onderzocht moet worden, eene proef op u. Maar neen: ik zal niet eens met Job bij huygensGa naar voetnoot(‡) verlangen: Vergaert hem kolen op sijn kopp;
Dat wild ick geerne doen, sei Job,
Mits dat die kolen branden.
Ik zal met der menschen zwakheden, en ook met de uwe, geduld hebben, en uwe uitvallen tegen de Geneeskunst uitleggen naar een oud Duitsch spreukje: Was sich liebt, neckt sich. | |
[pagina 122]
| |
Hoogstwaarschijnlijk dan ligt de schuld aan den Heer bätz: zijne vingers, meer geoefend in het pillendraaijen, zijn waarschijnlijk niet ter school geweest bij den een' of anderen nieuwen Kalligraaph. Zoo gij dit woord niet verstondt, het zijn edelmoedige mannen, ik geloof mede uit België herkomstig, die, in weinige lessen, voor eene zeer rijkelijke belooning, ons, achterblijvers in alles, tot de schrijfkunst toe, willen komen onderwijzen, om, in weinig tijds, met weinig moeite, fraai te schrijven. Dit lijkt den mensch, die gaarne veel voor luttel inspanning heeft! - Het sprak immers ook van zelf, dat - terwijl het in der tijd zoo beruchte Leuvensche wonder, met meerder regt dan ooit eenig Student te voren Primus van Loven te noemen, de beroemde jacotot, ons zoude leeren, hoe in elk mensch de vatbaarheid voor alle kunsten en wetenschappen ligt weggelegd of opgesloten, en, als men het maar wél vat, ook in korten tijd er uit te halen is, - een ander als van zelf er toe gebragt werd, om en masse, b.v. bij de schoolkompagniën, of en détail, elk voor zich, te docéren, dat alle menschen goed kunnen schrijven, als ze maar willen, en, als ze het maar wél aanpakken, in korten tijd goede schrijvers - wel te verstaan, wat de pen betreft - kunnen worden. Maar, ruste jacotot! Menigeen zal blijde zijn, dat hij ongemoeid de vieille bête (eene geliefkoosde uitdrukking van dit geestig dier) mag blijven aankleven als weleer, en slechts ontwikkeld worden naar de methode van prinsen, van wijk of eenig ander welwillend behartiger van de belangen der jeugd. Om tot den Apotheker bätz weder te keeren; er moet gelezen worden: Homoöpathische middelen. Over het geheel schrijven de Geleerden niet altijd zeer leesbaar; en de Heeren Artsenijmengers, daaronder zoo gaarne gerekend, behooren dus ook deze geleerde ondeugd na te volgen. Uit dit geschrijf over eene eenvoudige letter, terwijl zij, die zulk eene misstelling kunnen verhelpen, nog leven, kan men opmaken, wat er al zoo moet omgaan, wanneer het om eene uitgevallen, verzette of verschreven letter te doen is, en er reeds eeuwen zijn voorbijgegaan, eer men het gewaar werd! Zij, die de fout welligt begingen, zonder het zelve te weten, zijn dan reeds verstoven voor den wind; wie zal het geschil thans beslechten? Is het te verwonderen, dat er over letters, ja over punten en stippen, zoo veel geschil in de we- | |
[pagina 123]
| |
reld is gekomen, en over zulke gewigtige kleinigheden de Geleerden elkander het vinnigst hebben doorgestreken? Ja, menige onnoozele vlieg, die geheel zorgeloos op een parkement zich nedervlijde, heeft tot geen' geringen twist aanleiding gegeven; want een bruin of zwart stipje, hetwelk zij door den drang ongevoelig liet vallen, in het midden eener O neêrgekomen, geeft, wanneer het een Grieksch handschrift is, dadelijk eene andere lezing. Men zie dus met geene minachting op zoogenoemde kleinigheden neder. Wie vooral in het zedelijke hieromtrent nog niet overtuigd is, dien bevelen wij ter lezing aan het belangrijk werkje van reinhard, over de waarde der Kleinigheden in de Zedekunde. Het is hier juist om kleinigheden te doen, gelijk wij bij de beschouwing der Homoöpathie straks nader zullen zien. Wat is nu eigenlijk Homoöpathische geneeswijze? - Hoe zal ik dit voor eenen leek duidelijk en eenvoudig genoeg uiteenzetten, dat ik verstaanbaar blijve, zonder in eenen geleerden uitleg te vervallen? Even gelijk alles, wat overdreven is, uit den stelselgeest voortvloeit, zoo is ook deze geneeswijze, door de volgelingen verder dan door den meester gedreven, de uitzinnige teelt van een stelsel, naar zijnen voorstander dat van hahnemann genoemd, en bekend onder den naam van Homoöpathische geneeswijze. Wanneer ik zoo tegen de stelsels of theoriën uitvaar, moet gij echter niet denken, dat ik daarmede alle theoriën en stelsels verwerp. Er zijn immers, die zeggen, dat de eigenlijke Geneeskunst (hetgeen zij in den waren zin des woords behoort te beteekenen) door theorie op theorie moet gevonden worden? Waarmede ik het in zoo verre eens ben, als de gesteldheid der tegenwoordige wereld het medebrengt, dat uit het kwaad het goed geboren moet worden. Wat mij betreft, houde ik de theoriën eigenlijk voor een sterk bewijs onzer zondige natuur, voor een kieken uit het slangenei. En het goud, hetwelk uit dit schuim opwelt, is nog schraler, dan hetgeen in het rivierzand gezocht wordt. Maar, indien er eens geene isten of anen waren, hoe menige Akademie zoude er stilstaan, hoe vele Hoogleeraars lediggaan! Thans integendeel kan men nog al eenigen tijd zoek brengen met te onderzoeken, wat de Geneeskunst niet is, met twisten, wat zij behoorde te zijn, met aan te wijzen, hoe zij door theoriën, die men zich de moeite geeft van op te bouwen, niet opge- | |
[pagina 124]
| |
bouwd wordt, en hoe wenschelijk het ware, dat er eindelijk eene theorie (dit behoort vooral onder de zoogenoemde vrome wenschen) gevonden wierd, welke vriendelijk met de praktijk hand aan hand mogt gaan. Dit nu wordt stellig van elke tegenwoordige verwacht, dat die het pleit voldingen zal; en hiermede zoude men ten einde der zaak wezen, indien niet juist terzelfder tijd een ambtgenoot door eene nieuwe theorie ontegenzeggelijk bewees, dat men nooit verder van de waarheid is verwijderd geweest, dan thans door het stelsel van den geachten, anders scherpzinnigen, maar op dit punt als een mol zoo stikzienden ambtgenoot! - Mogt het nadeel der theoriën zich hier slechts bij bepalen! Maar, moet de doodgraver niet bestaan, en werd het fraaije kerkhof slechts uit weelde aangelegd?... De Advocaat zegt: processen moeten er wezen; zonder theoriën ware het gedaan met de Geneeskundige Faculteiten! - Maar ik gevoel, hoe ik reeds begin op een geleerd dwaalspoor te geraken, en, dus voortredenerende, zoude ik gewis over de Homoöpathische geneeswijze zulk een' geleerden brief voor den dag brengen, dat deze welligt de laatste zoude zijn, dien gij van mij zoudt begeeren te lezen. Ik weet beter: laat een leek u onderrigten; van zijns gelijken ontvangt men doorgaans de waarheid het liefst. De Schrijver over de belangrijkheid eens zestigjarigen ouderdoms, of schets der hoogstmerkwaardige verschijnselen, welke dien leeftijd bij uitstek kenmerken, geeft onder deze ook eene korte beschrijving van het stelsel van hahnemann, of de Homoöpathische geneeswijze, bl. 115. Ofschoon geen Geneeskundige, heeft deze bekwame man, die van den tijd zijns levens wel partij getrokken heeft, dit en tevens meer andere stelsels, kinderen des tijds en der mode, zóó geschetst, dat men er zich althans een oppervlakkig denkbeeld van maken kan. Dat hij alle deze stelsels van de kluchtige zijde heeft voorgesteld, daar heeft hij zeer wél aan gedaan. Het algemeen moet aan de hansworsterijen zich spiegelen. Het echte, het juiste in het stelsel van hahnemann zoude, mijns bedenkens, de toepassing kunnen zijn van de les der ondervinding, dat men dikwijls met weinig veel kan doen; dat er, zoo wel in het natuurlijke als zedelijke, veel krachts onnoodig verspild wordt: maar alles heeft zijne grenzen. De kunst echter, of liever de inbeelding, om met oneindig weinig ontzettend veel te doen, werd doorgaans bij de uitkomst bevonden aan de eene of andere zijde mank te gaan. Het zoude anders, indien de | |
[pagina 125]
| |
praktijk aan de theorie beantwoordde, eene stelling zijn, welke niet slechts voor de Geneeskunde nuttig ware, maar waarmede de Schatkist vooral, in de tijden, die wij beleven, en elks beurs, die buitengewoon getaxeerd wordt, zich inzonderheid wél zouden bevinden. En daar het voor ons in het algemeen op een zuinigje loopen moet, zoo zou, kwam de Homoöpathische geneeswijze in zwang, het voor mijne dierbare kunstbroeders, de Heeren Apothekers, wel eens heel boos kunnen worden: want daar werkt men niet met greinen of droppels, neen! zoo als men in de Geneeskunde enkele malen doet, men rekent bij billioenen, trillioenen gedeelten van greinen en nog verder; zoodat eindelijk de werking der middelen, in het oog van een verstandig mensch, ll o wordt. Het is nu wel bewezen, dat het olieglas van eene once zoo wel 100 pct. kan opleveren als de pintsflesch; maar de Homoöpathisten, die anderen met een oneindig klein afzetten, gunnen den Apothekers noch groote, noch kleine winst; zij willen zelve geneesmiddelen leveren, want de reuk eener Apotheek werkt reeds nadeelig op hunnen kleinen voorraad. - Waakt op, gij allen, die er belang bij hebt, dat de gomma, het levenselixir niet door geneesmiddelen minder dan zandkorrels verdrongen worden! Want is de Homoöpathie waar, dan kan ons geheele leger met één pakje gomma voor de tering gevrijwaard worden, wel te verstaan indien de gomma een onfeilbaar middel tegen de tering is, quod erit demonstrandum. In dit geval is dan de prijs veel te gering gesteld. Het is mij daarbij dikwijls voorgekomen, of gij uwen vijver in eene kom van zout water zoudt kunnen herscheppen, door een' droppel uit den Oceaan daarmede te vermengen. En zoo zoudt gij, zonder kosten, in plaats van eene goudvischkom, eene kom met zeevisch kunnen aanhouden. Dit zoude wel eene theorie over het oneindig kleine (les infiniment petits) worden.Ga naar voetnoot(*) Ik houde het daarvoor, dat het grootste nut der Homoöpathische geneeswijze daarin bestaat, dat zij in de meeste gevallen niets doet. Zij laat de natuur in zekeren zin ongestoord haren weg vervolgen, en boeit tevens de aandacht van den lijder; zij houdt het vertrouwen gaande, en ondersteunt daardoor de natuur. In slepende ziekten doet zij dikwijls wonderen; en wilde de lijder daarbij een' gepasten leefregel | |
[pagina 126]
| |
in acht nemen, men zoude soms verstomd staan over hetgeen langs dezen eenvoudigen weg bereikt werd. Wilde ik mijn dagboek openen, ik zoude hierover waarnemingen kunnen mededeelen, welke mij den naam van eenen Wonderdoctor zouden verschaffen; doch - het is de tijd nog niet, om de menschen zoo zeer te verlichten, en men staat niet gaarne de toegekende eer af. Laat mij de eer, ik geef der Natuur getrouw de hare, en tracht hoe langer hoe meer voor de lijders, die mijne hulp inroepen, er nut mede te doen. Ongelukkig echter de lijder, die in de handen van eenen Homoöpaath valt, wanneer er handen moeten uitgestoken worden, hetwelk soms mede het geval kan zijn! Wilt gij mijnen raad gehoor geven, besteed uw geld niet aan deze Huisapotheek; verblijd liever uwe vrouw met een middel uit de Huisapotheek van jean paul, waarvan ik eene lijst hierbij voeg, welke gij echter volstrekt aan niemand moogt mededeelen, want kregen de vrouwen er de lucht van, er ware aan al de aanvragen niet te voldoen, en de Apothekers zouden mij weinig dank weten voor mijne openhartigheid. |
|