Over het Volkslied Wilhelmus van Nassauwen, door R.H. van Someren, te Rotterdam; met eene Bijdrage door Mr. P.A. Brugmans, te Amsterdam. Te Utrecht, bij L.E. Bosch. 1834. In gr. 8vo. IV en 56 bl. f : - 90.
Dit werkje behelst vooreerst eene gesteendrukte plaat, gevolgd naar de oorspronkelijke gegraveerde in den Gedencklank van a. valerius; 2o voorrede van den Heer van someren; 3o over het volkslied Wilhelmus van Nassauwen, door denzelfden, waarbij de Schrijver tracht te bewijzen, dat coornhert de dichter, dat zekere chartres of charles de componist van het Wilhelmus, en dat die componist een Nederlander was; 4o bijdrage van den Heer Mr. brugmans, houdende bedenkingen tegen het gestelde van van someren, doch alzoo, dat ook deze nog eerder coornhert dan aldegonde voor den dichter houdt; 5o verschillende teksten van het Wilhelmus in het Geusen-lietboeck en genoemden Gedencklank, met nog latere woorden op dezelfde zangwijs in het Geusen-lietboeck; 6o nieuwe woorden op die wijs, door van someren; 7o twee muzijkplaatjes, het eerste van de muzijk in den Gedencklank opgeteekend, en het tweede van de muzijk voor het lied, zoo als het thans gezongen wordt. - Schoon hulde doende aan de scherpzinnigheid van den Heer van someren, komen ons de bedenkingen van den Heer brugmans gewigtig voor, en zouden wij ons best met hem kunnen vereenigen. Gaarne willen wij echter het oordeel aan den onderzoeklievenden lezer overlaten; en is die geheel van de juistheid der stellingen van den Schrijver overtuigd, dan blijkt daaruit op nieuw, hoe ligt men over het genoegzame van een geschied - letterkundig bewijs verschillen kan. Bij het
steendrukprentje schuilt denkelijk eene drukfout in den regel:
Voer, u eed, u trouw voor 't Land doch wel bewaerd.
De woorden op het oude volkslied, door van someren, hebben op het oude lied veel vooruit in beknoptheid en geschiktheid voor onzen tijd, doch staan, naar ons gevoel, in dichterlijke waarde er verre beneden, schoon zij natuur-