Naberigt.
In het dagblad De Waakzame, No. 16, bij m. westerman enzoon uitgegeven, vond de Redacteur van dit Tijdschrift een Artikel, gerigt tegen de in No. VII van hetzelve geplaatste Recensie der Gedichten van withuys, waaromtrent hij het overbodig keurt iets meer te zeggen, dan dat al de omhaal wegens den door ons aangehaalden regel:
‘Hun goud is bloed; hun vracht van paarlen is geweend.’
geheel vervalt door het daar onmiddellijk voorafgaande: ‘Verder zegt de groote man van Koningstroonen.’ Welke door ons nu met kapitale letteren gedrukte woorden blijkbaar op washington slaan; terwijl dezelve door den Steller van genoemde Artikel, naar 't schijnt, op den Heer withuys worden toegepast. Wij laten dus gerustelijk anderen oordeelen, wie van beiden, Recensent of Anticriticus, hier van eene ‘valsche wending’ of ‘verkeerde toepassing’ te verdenken valt.
Meng. No. VI. bl. 274. reg. 21. leze men: tot de beoordeelingen. |
Boekbesch. No. VII. bl. 315. reg. 3 v.o.: uit de Middeleeuwen. |
- bl. 319. reg. 20: d. van basselaar. |
- No. VIII. bl. 364. reg. 23: langer waardig. |
- No. IX. bl. 367. reg. 4: Roomsche Kerk. |
Meng. - bl. 414. in de Noten: enfants, goût, extrême en d'être. |