Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1834
(1834)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 251]
| |
De Heer roeland van wijk heeft door het schrijven en openbaar verdedigen dezer Verhandeling den Doctoralen titel aan Leydens Hoogeschool verworven. De keuze der stoffe, de behandeling en stijl doen den Schrijver eer aan, en het geheele stuk strekt ten bewijze, wat iemand, niet van der jeugd af opgeleid tot de kennis der oude talen en wetenschappen, ook zonder het genot van gezet onderwijs op lagere en hoogere scholen, door eigene vlijt en oefening vermag. Na eenige voorafgaande aanmerkingen over den oorsprong der Grieksche beschaving in het algemeen, behandelt hij de tijden vóór homerus, daarna homerus, hesiodus en de Mythische wijsbegeerte, en in de derde plaats de staat- en zedekundige wijsbegeerte. Dit alles loopt in eene geleidelijke orde af, en eindigt daar, waar de zoogenaamde Scholen, b.v. de Jonische school, beginnen, welk gedeelte der geschiedenis van de Grieksche wijsbegeerte door zoo vele Geleerden van vroegeren en lateren tijd behandeld is. Het door den Heer van wijk gekozen tijdvak is natuurlijk het minst bekende, en er valt dan ook van vele Grieken zeer weinig te zeggen; maar hetgeen er van te zeggen viel, was toch ook niet onbekend. Met dat al moedigen wij den Schrijver aan, om zijne ledige oogenblikken te besteden aan het verder bearbeiden en uitbreiden eener Verhandeling, welke hij op eene zoo loffelijke wijze begonnen heeft. |
|