Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1834
(1834)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijHugo Grotius, de veritate Religionis Christianae. Editionem novam curavit et selecta annotatione instruxit Jo. Theod. Bergman, Theol. et Lit. Hum. Doct. Vol. I. Lugd. Batav. apud C.G. Menzel et J.C. Cijfveer. 1831. Forma oct. maj. XXIV et 310 pagg. f 3 - :Indien men de Heilige Schriften uitzondert, is er waarschijnlijk geen boek, dat zoo ontelbaar dikwijls en in zoo vele talen is uitgegeven, als dat van grotius, over de waarheid van de Christelijke Godsdienst. Het werd oorspronkelijk opgesteld ten dienste van Zeevarenden, in Nederduitsche verzen, gedurende de gevangenis van onzen grooten Landgenoot, en uitgegeven in 1622. Hij zelf vertaalde het daarna in Latijnsch proza, en er verschenen vervolgens ontelbare drukken van, sommige met, andere zonder de Aanteekeningen, die de Schrijver er later op vervaardigde. Eenige dier uitgaven vindt men opgenoemd bij walch, Biblioth. Theolog. T.I. pag. 825 sqq. en de daar aangehaalde Schrijvers; in de Voorrede voor de tegenwoordige uitgave; maar inzonderheid raadplege men koecheri Historia Libri Grotiani, te vinden voor het 3de Deel van 's mans uitgave dezes geschrifts. Ook werd het vertaald in het Neder- | |
[pagina 237]
| |
duitsch, Fransch, Hoogduitsch, Engelsch (met een zevende boek tegen de Roomschen van simon patrik)Ga naar voetnoot(*), Hongaarsch, Deensch, Zweedsch, Grieksch (wij meenen, oud en nieuw); ja zelfs in het Arabisch, Maleisch en Chineesch; misschien ook wel in nog meerdere talen; althans, indien wij ons wél herinneren, hebben wij van eene Russische vertaling gehoord. De verdiensten van dit allervoortreffelijkst werk werden dan ook meermalen in het licht gesteld, en wij verwachten er weldra iets opzettelijks over in het 2de Stuk van de Geschiedenis der Apologetiek van den geleerden en scherpzinnigen van senden. Wij moeten ons bepalen tot eene eenvoudige aankondiging van deze nieuwe uitgave. Men vindt alzoo hier, na de Lijst van Inteekenaren, zoo binnen- als buitenlands (de laatste alleen bijna 200 exemplaren), eene Voorrede van den tegenwoordigen Uitgever, den met roem bekenden j.t. bergman, berigt gevende, deels van de voornaamste uitgaven dezes beroemden werks, deels van de wijze, waarop de tegenwoordige is ingerigt, te weten zoo, dat de Parijsche uitgave van 1640, als onder toezigt van den Schrijver zelven gedrukt, gevolgd is; de verdeeling in § §, met den hoofdinhoud op den kant geplaatst; de Aanteekeningen van de groot (meest aanhalingen van andere Schrijvers), met gebruik van den arbeid, daaraan door koecher besteed, aan den voet der bladzijden afgedrukt. Het aldus ingerigte ligchaam des werks wordt nog voorafgegaan door eene algemeene Inhouds-opgave, en gevolgd van een Supplementum Annotationis, behelzende des Uitgevers toevoegselen tot de aangehaalde schriften. Bovendien heeft men Bladwijzers, 1o. van de voornaamste zaken, 2o. van de aangehaalde Schrijvers, 3o. van opgehelderde Hebreeuwsche en 4o. van opgehelderde Grieksche woorden. In een tweede Deel belooft ons bergman doorloopende Aanteekeningen op het | |
[pagina 238]
| |
werk zelf; en hij noodigt aan het slot van zijne Voorrede hem, die een exemplaar mogt bezitten van de Dictata in h. grotium de V.R.Chr. van wijlen den Groningschen Hoogleeraar p.a. chevallier, beleefdelijk uit, het hem te verstrekken. Wij wenschen hartelijk, dat het hem gelukke, dit te bekomen, en hij over het geheel in zijnen verderen arbeid aan dit werk voorspoedig zij. Den bezitteren van eenige andere uitgave zal hij eene groote dienst bewijzen, wanneer die Aanteekeningen ook te bekomen zijn onder den afzonderlijken titel: Annotationes selecta (vel simile quid) ad h. grotium cet. auctore j.t. bergman. Gelijk wij, op grond van de algemeen bekende verdiensten des Uitgevers, ons daarvan veel voorstellen, zoo durven wij dat nog te meer, wanneer wij de groote zorgvuldigheid in aanmerking nemen, welke aan dit Deel is te koste gelegd. Waarlijk, de Uitgever verdient den dank van alle zijne Landgenooten, al ware het alleen, omdat aldus de vaderlandsche letterroem ook buitenlands wordt gehandhaafd. De uitvoering heeft aanspraak op onze goedkeuring. Moge in het vervolg de geleerde Uitgever zich opgewekt gevoelen, om grotii Libellus de Satisfactione Christi, of misschien nog beter het bestendig bruikbare uit 's mans Opuscula Theologica, op nieuw verkrijgbaar te stellen! Hij is de man, ook tot zoodanigen geleerden arbeid, als anders niet ieders zaak is. |
|